Volledige werken. Deel 24. Brieven en dokumenten uit het jaar 1887. Nagekomen brieven en dokumenten uit de jaren 1839-1886
(1995)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[23 februari 1887
| |
[pagina 104]
| |
Ghysen en ik bij het stoffelijk overschot van den vereerde. Mevrouw Douwes-Dekker richtte tot ons het dringend verzoek om van de plechtigheid geen uitvoerig bericht te doen aan de Nederlandse pers. ‘Dat had,’ zeide ze, ‘Nederland aan Douwes-Dekker niet verdiend.’ Het klonk heel aannemelijk. Ik heb mij naar haar wens gedragen. Maar naderhand heb ik er wel spijt van gehad, dat ik aan het verzoek van mijn vriend P.L. TakGa naar eind2., die toen verbonden was aan de ‘Amsterdammer’, het dagblad van De Koo, om een uitvoerig bericht te geven, niet had voldaan. Ik was wel in de goede stemming geweest om iets vlammends te schrijven over het feit, dat er bij de crematie van Multatuli wel geteld twee Nederlanders aanwezig waren. De Koo zou het zeker hebben opgenomen. Ik voelde het als een schande voor Nederland. Als een bewijs van kleinheid. Maar de goede gelegenheid om dat scherp uit te spreken heb ik toen laten voorbijgaan. (....) |
|