| |
[maart 1882
Circulaire]
Medio maart 1882
Circulaire ten behoeve van het bijeen brengen van een kapitaal ter huldiging van Multatuli. (M.M.)
Van deze circulaire bestaan drie verschillende ‘drukken’: A, B en C. Hiervan zijn A en B voorstadia van de uiteindelijk verspreide circulaire C. De A-versie is een ongedateerd gedrukt koncept, dat alleen de tekst van de circulaire bevat zonder de namen van de ondertekenaars. Deze tekst verschilt op enkele punten van versie B: 1: ‘wiens ziel niet leidzaam’ is verbeterd in ‘wiens ziel niet lijdzaam’; 2. ‘Adsistent-Resident’ is op twee plaatsen gewijzigd in ‘Assistent-Resident’; 3. de zin: ‘Gij weet hoe de ontslagen Adsistent-Resident als ‘Multatuli’ een beroep deed op de natie, toen zijne pogingen, om zonder openbaarheid verbetering te verkrijgen vruchteloos bleken, toen zijn ‘Max Havelaar’ vóór 22 jaar eene rilling deed gaan door den lande.’ werd verbeterd in ‘Gij weet hoe de ontslagen Assistent-Resident, nadat zijne pogingen om zonder openbaarheid verbetering te verkrijgen vruchteloos waren gebleken, als Multatuli een beroep deed op de natie, hoe zijn ‘Max Havelaar’ vóór 22 jaar eene rilling deed gaan door den lande.’ (Vgl. brief van 12 maart van D.J. Korteweg aan V. Bruinsma.) Versie B bevat behalve de tekst ook de lijst van ondertekenaars en de opdruk ‘Drukproef’ en is gedateerd ‘Amsterdam, Maart 1882.’ Versie C verschilt van versie B alleen hierin, dat bij enkele namen een uitvoeriger adres is toegevoegd of een beroep c.q. nadere kwalifikatie is opgenomen. Hieronder is de C-versie opgenomen. Het betreft een dubbel kwartovel, waarvan blz. 1-3 zijn bedrukt met de tekst en de lijst van ondertekenaars. De achterzijde is bedrukt met twee nader in te vullen adreslijnen beginnend met ‘De Heere...’ en daarachter de afkorting ‘s.s.t.t.’
Amsterdam, Maart 1882.
Landgenooten!
Het is ruim vijf en twintig jaar geleden dat de Assistent-Resident van Lebak, e. douwes dekker, zijn ontslag nam uit 's lands dienst, om de belangen der verdrukte bevolking van Insulinde te kunnen voorstaan.
| |
| |
Eene goede maatschappelijke betrekking, het vooruitzicht op eene schitterende loopbaan, bracht hij ten offer aan zijn gevoel voor recht.
Zonder fortuin, zonder steun ging hij eene onzekere toekomst tegemoet. Door medewerking, noch berusting wilde hij medeplichtig zijn aan wanbestuur.
En, dat er wanbestuur bestond, de tegenwoordige toestand van Lebak, ontvolkt door hongersnood en koortsepidemie, bewijst het opnieuw.
Gij weet hoe de ontslagen Assistent-Resident, nadat zijne pogingen om zonder openbaarheid verbetering te verkrijgen vruchteloos waren gebleken, als Multatuli een beroep deed op de natie, hoe zijn ‘Max Havelaar’ vóór 22 jaar eene rilling deed gaan door den lande.
Wie vóór hem had zóó gesproken, zoo krachtig en overtuigend de belangen bepleit van de 30 millioen bewoners der Nederlandsche koloniën aan den evenaar?
Reeds door dat boek zou de schrijver zich aanspraak hebben verworven op de dankbaarheid van ons volk.
Maar hij, wiens ziel niet lijdzaam is onder onwaarheid en onrecht, kan niet volstaan met één protest.
Onvermoeid is ‘Multatuli’ opgetreden waar zijn plicht hem riep. Met open vizier bestreed hij vooroordeel en bekrompenheid, waar hij die meende te ontmoeten.
Keer op keer beproefde hij in zijne vertoogen over ‘Vrijen Arbeid’ den goeden weg te wijzen aan de bestuurders van Nederlandsch Indië. Met vlijmende scherpte stelde hij de slechte elementen van ons volk in Droogstoppel, Kappelman en de Kopperlith's ten toon. Bezieling trachtte hij te geven, en nieuw leven te wekken door het zaad zijner ‘Ideën’ te zaaien. Met hoe menige fijngevoelde schets, hoe menig verheven dichtwerk, heeft hij onze letterkunde verrijkt.
Krachtig was dan ook de invloed, in verschillende richting door hem uitgeoefend. Overal drong zijn stem door. Maar toch, in zijnen strijd stond hij veelal alleen. Te weinig openlijke blijken van erkenning en waardeering vielen hem tegenover veel miskenning ten deel.
Laat dat van nu af anders zijn. Laat eene daad van nationale dank- | |
| |
baarheid den levensavond van ‘Multatuli’ verhelderen. Tot dat doel komen wij uwe medewerking vragen. Allen die achting gevoelen voor Havelaar's pogen, die ‘Multatuli’ huldigen als den voorstander van geestesvrijheid, of dankbaar den dichter gedenken, noodigen wij uit daarvan blijk te geven.
Wij meenen dat dit geschieden moet metterdaad door het bijeenbrengen van een kapitaal. Hem, die door zijn ontslag geldelijke middelen prijs gaf, willen wij althans die opoffering, zooveel nog mogelijk is, vergoeden. Wij willen hem in staat stellen tot het einde toe zonder geldelijke zorgen zijnen levensstrijd te strijden; hem bewaren voor de gedachte, hen die hij lief heeft, onverzorgd achter te laten.
Omtrent den daartoe te kiezen vorm behouden wij ons eene nadere beslissing voor, zoodra het bedrag der bijeengebracht gelden ons bekend zal zijn.
Elk van ons is bereid uwe bijdragen in ontvangst te nemen.
Uwe namen zullen in een, den Heer douwes dekker aan te bieden album vereenigd worden.
A.A. Backer Overbeek, Gep. Luitenant-Kolonel van den Geneeskundigen Dienst in Oost-Indië, te Oisterwijk. |
P.A.M. Boele van Hensbroek, Uitgever, te 's Hage. |
C. Bisschop, Kunstschilder, te 's Hage. |
Mr. Joan Bohl, Keizersgracht, te Amsterdam. |
S.J. Bouberg Wilson, Directeur der Tooneelschool, te Amsterdam. |
C.J.H. van den Broek, Oud-Zeeofficier, te Middelharnis. |
J.A. van den Broek, Lector aan de Indische Inrichting te Delft, Oud-Controleur van het Binnenlandsch Bestuur in Oost-Indië, te Delft. |
P.M. Bos, Lid der Prov. Staten, te Zijldijk, Groningen. |
Dr. H. Brongersma, Directeur der H.B.S., te Haarlem. |
Dr. Vitus Bruinsma, Leeraar aan het Gymnasium, te Leeuwarden. |
A. Collard, Oud Luitenant-Kolonel van het Nederl. Indisch Leger, te Breda. |
Dr. W. Doorenbos, Leeraar aan de H.B.S. met 5-jarigen cursus, te Amsterdam. |
E. Douwes Dekker, Directeur van de Nederl. Indische Levensverzekering-Maatschappij, te 's-Hage. |
Dr. J. Ensing, Geneesheer op den Burg, Texel. |
| |
| |
A.N.J. Fabius, 1e Luitenant der Artillerie, te Naarden. |
G.L. Funke, Directeur van Het Nieuws van den Dag, te Amsterdam. |
F. van der Goes, Directeur der Rotterdamsche Stoomvaart-Maatschappij, te Amsterdam. |
A. Gorter, Medisch Student, te Utrecht. |
D.A.J.B. de Graaf, Student aan de Indische Inrichting te Delft, te Delft. |
A.J. Le Gras, Regisseur bij de Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsche Tooneel, afdeeling Rotterdam, te Rotterdam. |
Dr. J.H. de Haas, Geneesheer, te Rotterdam. |
Mr. J.N. van Hall, Vondelstraat, te Amsterdam. |
Dr. A.H. Hartog Heys van Zouteveen, te Assen. |
D. Haspels, Lid der Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsch Tooneel, afdeeling Rotterdam, te Rotterdam. |
J.M. Haspels, Idem, te Rotterdam. |
Mr. W. Heineken, Lid van den Gemeenteraad, Rokin, te Amsterdam. |
B.H. Heldt, President van het Algemeen Nederlandsch Werklieden-Verbond te Amsterdam. |
Henriques de Castro, N. Heerengracht, te Amsterdam. |
Holda, te Haarlem. |
Dr. A.H. Israels, Hoogleeraar aan de Universiteit, te Amsterdam. |
J. Israels, Kunstschilder, 's Hage. |
R.J.A. Kallenberg van den Bosch, Oud-Officier van de Genie, Rentmeester der Goederen van Wijlen Z.K.H. Prins Frederik der Nederlanden, te Breda. |
A.S. Kok, Leeraar aan de Militaire Akademie, te Breda. |
J. de Koo, Hoofd-Redacteur van het Weekblad De Amsterdammer, te Amsterdam. |
Dr. D.J. Korteweg, Hoogleer aar aan de Universiteit, te Amsterdam. |
Daniël de Lange, Muidergracht 32, te Amsterdam. |
L. Leopold, Leeraar aan de Rijks-Kweekschool, te Groningen. |
A.C. Loffelt, Letterkundige, te 's Hage. |
Dr. Luchtmans, Oud-Inspecteur van den Geneeskundigen Dienst op Java en Madura, te Oisterwijk. |
D.R. Mansholt, Landbouwer, te Meeden. |
Justus van Maurik Jr., Damrak, te Amsterdam. |
| |
| |
H.W. Mesdag, Kunstschilder, te 's Hage. |
R.A. de Monchy, te Hengeloo. |
A. Morin, Lid der Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsch Tooneel, af deeling Amsterdam, te Amsterdam. |
Martinus Nijhoff, Uitgever, te 's Hage. |
G. Oosting, Ingenieur bij de Burgerlijke Openbare Werken in Nederlandsch-Indië, te 's Bosch. |
Willem A. Paap, Juridisch Student, te Amsterdam. |
M.T.H. Perelaer, Oud-Majoor van het Ned.-Ind. Leger, te 's Hage. |
Dr. A. Pierson, Hoogleeraar aan de Universiteit, te Amsterdam. |
C.L.F. Post, Oud-Ingenieur ie klasse aan den Waterstaat in Nederlandsch-Indië, te 's Hage. |
J.G. Robbers, Directeur van de Uitgevers-Maatschappij ‘Elzevier’, te Rotterdam. |
J.A. Roessingh van Iterson, Ingenieur bij de Exploitatie-Maatschappij, te Tilburg. |
S.E.W. Roorda van Eysinga, niet-eervol ontslagen Indisch Ingenieur, te Clarens, in Zwitserland. |
H.W. van Rossem, Student aan de P.S., te Delft. |
Th. Sanders, Architect, Spuistraat, te Amsterdam. |
P.G. van Schermbeek, Kapitein-Ingenieur, te Nieuwediep. |
J. Schippers, Hoofdonderwijzer, te 's Hage. |
F. Smit Kleine, Letterkundige, te Haarlem. |
G.H. van Soest, Redacteur van het Tijdschrift voor Nederlandsch Indië, te 's Hage. |
Dr. B.J. Stokvis, Hoogleeraar aan de Universiteit, te Amsterdam. |
H.G. Tersteeg, Kunsthandelaar, Plaats, te 's Hage. |
P.A. Tiele, Bibliothecaris aan de Rijks-Universiteit, te Utrecht. |
G. Valette, Ambtenaar in Nederlandsch Indië. |
J. Versluys, Wiskundige, Vossiustraat, te Amsterdam. |
W.J. Vervloet, Oud-Majoor van het Nederlandsch Indische Leger, te 's Hage. |
Jan C. de Vos, Lid der Koninklijke Vereeniging Het Nederlandsch Tooneel, afdeeling Amsterdam, te Amsterdam. |
Mr. C. Vosmaer, te 's Hage. |
Mr. A.D. de Vries Azn., Onder-Directeur van het Rijks Prenten-Kabinet, te Amsterdam. |
Mr. M.J. de Witt Hamer, Advocaat, te Middelburg. |
| |
| |
H.C. de Wolff, Assuradeur, te Rotterdam. |
J. Zürcher, Nieuwe Heerengracht, te Amsterdam. |
Mochten meer exemplaren der circulaire worden verlangd, dan zijn zij op aanvraag te verkrijgen bij den Heer j. versluys, Vossiusstraat 13, te Amsterdam.
|
|