[23 februari 1882
Brief van Multatuli aan G.J.P. de la Valette]
*23 februari 1882
Brief van Multatuli aan G.J.P. de la Valette. In: De Gids II, 1910, blz. 394-393. (K.B. 's-Gravenhage; fotokopie M.M.).
Alleen het onderstaande fragment is bekend.
23 Februari '82.
... ‘ik (heb) zoo'n bijzonderen afkeer van publiekschrijverij. 't Is mij een raadsel hoe men zich daaraan wijden (!) kan, wanneer 't niet volstrekt door de omstandigheden wordt voorgeschreven. Door 't achtslaan op analoge verschijnselen bij anderen, kan ik wel begrijpen dat mijn tegenzin in 'n soort van idiosyncrasie is overgegaan, m.a.w. ziekelijk is. 't Woord “overgegaan” is onjuist. M'n indruk is te dien opzichte altijd zoo geweest. Misschien herinnert ge u, dat ik reeds in den Havelaar (op 'n niet noemenswaardige uitzondering na, m'n eerste publiekerigheid) van dien tegenzin gesproken heb. Hij is dus niet gedurende m'n omgang met publiek gaandeweg ontstaan.’