Volledige werken. Deel 21. Brieven en dokumenten uit de jaren 1881-1882
(1990)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[21 januari 1881
| ||||||||||||||||||||||
[pagina 102]
| ||||||||||||||||||||||
vandaag geen spoor te hebben, en tevens om by aankomst naar Jeanne te gaan. Ik had al 'n briefje geschreven dat ik eerst vandaag in Haarlem komen zou en dat ze me maar beschouwen moest als dood daar ik morgen naar den Haag moet. Maar, wel beschouwd ging ik liever gister. Ik telegrafe dat ik zou komen eten. Schoon die telegram niet terecht kwam (ik weet de reden) was ik toch welkom. De ontvangst was allerliefst. Ik heb er gegeten en thee gedronken, en m'n halven dag allergenoegelykst doorgebracht. Met Jeanne kan men spreken, t Is niet waar dat ze koket is. Zy is de eenvoud zelf. En ik houd zoo van Marie en Ton. Lieve kinderen! Ik zei dat jy van Amstm uit, zoo makkelyk eens heen en weer op één dag kon komen met Wou. Er ging 'n hoeraatje op. En J. zei dat ze liever had (of óók graag had) dat je kwam logeeren. Het 17 jarig Marietje (kind en geen kind) juichte dat ze WouGa naar eind1. in haar bokkenwagen zou laten ryden. (of geitjes). En 'n beschryving van 't karakter der geitjes. ‘Lise’ was zóó. De andere... heel anders. O snoepig! En telkens er op teruggekomen dat ik 't Wouter toch schryven zou dat hy er op rekenen kon in de geitjeswagen te ryden! En Ton had modellen van vliegers (voor my nieuw. Och, verwaarloos Jeanne toch niet. Zy is zoo degelyk. Men heeft iets aan haar. Elk oogenblik betreur ik LevedagGa naar eind2.. 't Verschil is te groot! Nu komt er by dat de heele verdieping afgehuurd is door (m'n gewn behuwdnichtGa naar eind5.) van der Hucht, zoodat ik 'n hokje op de 2o verdieping heb. De kolenbak is mikroskopisch klein, en de turven worden by 4, 5 te-gelyk gebracht (hôtel 1o kl! En 1o kl is ook de betaling!) Het smeltend water van de glasruiten spat me om de ooren, en ze waren zeer verbaasd dat ik eischte dat de meid zou komen met 'n spons. Enz Enz. Gelukkig dat ik morgen ochtend van hier ga. (Dan ‘Keizershof’ in den haag) Even voor m'n vertrek van Leiden kreeg ik je no 6. Dankje wel. Ik heb hem gelezen in de wachtkamer. De trein kwam weer ½ uur te laat. (Waarom weet ik niet.) Ze zondigen maar toe op den sneeuwstorm die er geweest is, d.i. verl, dinsdag avend en nacht. Juist dien avend van ½ tot ½2 heb ik doorgebracht in 'n ongesloten coupé. Zeker zullen er in 't Nieuws wel vertellingen staan over al de spoor-vertragingen &c Komiek dat ik juist daarin was, en zonder letsel. Ik ben nog altyd niet eens verkouden - | ||||||||||||||||||||||
[pagina 103]
| ||||||||||||||||||||||
Stook toch goed! Een bak of wat kolen doet er niet toe. - Ik heb aardigheid in je wyngrokje. - Je analyse van BéGa naar eind3. karaktertrek in 't weer-aanknoopen is juist. Ook ik vind er niets in dan begrypelyke menschelykheid. Ja, zoo is het. En we zullen haar helpen zooveel mogelyk. Maar 't zou prettiger zyn háár te helpen, dan nu zonder baat haar échec te doen uitstellen. Wat geeft het of ze nu of over 6 maanden haar crediteuren 10, 20% geeft? Als 't toch gebeuren moet, dan hoe eer hoe liever. In dien geest zal ik (en jy zeker ook) met haar spreken. Als ze naar my geluisterd had zou ze dien winkel niet opgezet hebben. (d.i. als ik toen geweten had wat later bleek dat haar vriendin er even weinig verstand van had als zy. Anders keur ik 'n winkel goed.) Nu, tegen m'n zin heeft zy die zaak doorgezet. Ze moet dus goedvinden dat wy geen lust hebben iets te rekken dat buiten onze goedkeuring begonnen is. Enz Enz. Dat ik meelyden met haar heb, spreekt vanzelf.- Koop toch goede reisdekens! - Ja, ik houd oom Fritz voor 'n artist. Hy heeft er o.a. ook 't kinderlyke van. 't Portret van Z's vader (niet door o. Fr. geschilderd) is hoogst-interessant. Een schoone, denkende melancholieke kop! - Ik gis dat Z's oordeel over z'n vrouw niet geheel gemeend is, en dati haar hooger stelt dan-i voor my wil weten. Iets als bescheidene herabsetzungGa naar eind6. of zoo-iets. Ze mag er wezen! Ik ben zeker dat ze je bevalt. Van de huis-historie weet ze niets. Richt je daarnaar. - Schilderyen van Zurchers Vader? Ja, 'n christuskop die geheel en al verschilde van alle rafaels, M. Ange's & de rest. Oorspronkelyke opvatting, geen mooie man! - Je zegt: de treinen zyn goed verwarmd als 't zoo koud is. In Holland niet. Die ongelukkige lekkende stoven zyn terstond lauw. Zorg voor reisdekens, en reken toch niet op de verwarming der coupés om die te kunnen missen. - Neen, koop geen pels. Als ik er een nam zou't 'n heele mooie, wyde moeten zyn (over de overjas aan te doen of liever om me in den trein er geheel intewikkelen) nu, zo een is my in Holl. te opzichtig. Aan 'n ‘bonten jas’ d.i. geen alles omsluitenden pels heb ik niets. - | ||||||||||||||||||||||
[pagina 104]
| ||||||||||||||||||||||
Jeanne sprak over Mevr. V. KriekenGa naar eind7., die ze, zooals je weet, gekend heeft. Het niet beantwn van je briefje verwonderde haar niet, daar zy zelf een dergelyke ondervinding van haar had opgedaan. Zeg, nu ik er van sprak dat je van Amstm eens op 'n dag heenen-weer zou overkomen, was er wel degelyk terstond spraak van logeeren. Ik ben zeker dat jou opvatting van verledenGa naar eind8. onjuist was. Er bleek me byv. uit 'n woordje van Marietje dat er al verleden jaar (of vroeger) over gesproken was op welk bedje Wouter slapen zou. 't Zou me erg leed doen als je met J. niet hartelyk aanknoopte. Zy sprak zeer lief over je. -
Vrydag middag 2-3 uur Ik ben komiek-kalm over m'n voordracht van van avend. Ik denk te spreken over tzelfde onderwerp als te Leiden (over de wording der dingen.) en zal in dat geval 't beter maken daar ik over Leiden niet tevreden was. In tegenstelling van agitatien, enz, ben ik tegenwoordig zoo zeker van m'n zaak dat ik niets tegen voordrachten opzie. Hoofdzaak is dat ik maar eerst in de stad ben waar ik spreken moet en dus geen vigilant & spoorweg meer voor me heb. Ik wou dat ik den tyd en 't loisir dat ik nu hier te veel heb, kon bewaren voor 'n andere plaats. Als ik 'n tweede paar schoenen by me had om van avend te verwisselen, ging ik 'n wandeling maken. (Ik heb wel 'n paar bottines maar die zyn in m'n grooten koffer dien ik naar den Haag heb gezonden.) Alzoo, kind, knies niet over m'n hard werken. Ik hoop nu maar dat het genoeg opbrengt, en ben nietGa naar eind4. tevreden over 't afzeggen van Tiel, Bommel en Zierikzee. Ook spyt het me dat ik Dord heb afgezegd, (of uitgesteld?)
Saterdag ochtend Dordt komt in plaats van Gorkum (2 febr.) Ten-onrechte schreef ik je (meen ik) dat Bommel was uitgesteld. Noteer nu zoo:
| ||||||||||||||||||||||
[pagina 105]
| ||||||||||||||||||||||
Gistravend heb ik hier redelyk gesproken. Niet heel naar m'n zin maar voldoende. Toch was ik erg verdrietig omdat er weinig menschen waren, hoogstens tachtig. Voor Haarlem is dat ellendig. Als oorzaak werd opgegeven vrees voor sneeuwstorm, kou &c. Ook duurte van rytuigen, alles om de gladheid (en vrees voor storm alweer) tweepaardig en vreesselyk duur. Ja, ik was heel verdrietig. Op zoo'n manier wordt de inspanning niet beloond! En de onkosten zyn enorm. Die sneeuwstorm werkt fataàl. Niet dat het nu stormt, maar de menschen zyn bang geworden om uittegaan, naar 't schynt. Zeker staan er allerlei akeligheden in 't nieuws over verl, dinsdag nacht. (den nacht toen ik van Schiedam kwam. De trein waarmee ik ½2 te Leiden aankwam, heeft Amsterdam niet bereikt. De reizigers zyn hier in allerlei huizen opgenomen. En zoo overal. Nu schynt het te dooien, maar 't helpt me niet. De schrik zit er in. - Jeanne was er gist'ravend. Ook Zurcher! Dàt was hartelyk. Hy kwam me even groeten. Hy had 'n zuster by zich. Heel oppervlakkig gezien, 'n lief meisje. Of-i na ½11 nog naar Amstm gegaan is, weet ik niet. Ik ben heel verdrietig dat het zoo leeg was. Wat het van avend in den Haag geven zal! Als 't zóó gaat, enfin! - Dag lieve Mies, dag Wou Waarschuw br. besteller dat er op den 25n 'n br. voor Wou komtGa naar eind9.. Ik ben heel wel maar heb 't land. |
|