Volledige werken. Deel 21. Brieven en dokumenten uit de jaren 1881-1882
(1990)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 29]
| |
[6 januari 1881
| |
[pagina 30]
| |
zeer korrekt gehandeld. Ik had moeten zorgen u by tyds te antwoorden op uw vraag betreffende die toelaag. Dat dit antwoord (heel inkorrekt van myn zy) uitbleef had twee redenen. Neen redenen waren 't niet, maar oorzaken toch. De eerste is 't hokken van m'n seurigen brief. Zeker had ik na m'n gemoed te hebben uitgestort, u ten slotte over die toelaag gesproken, hoewel (en dit is de tweede oorzaak) ik 't niet kon doen in één woord. In gewone omstandigheden had ik gewis U verzocht met die uitbetaling voorttegaan. Maar - er ligt iets in van aanspraak maken op de toegezegde 500 gl. en dat is wat ruw! Ik mag me toch niet gedragen alsof ge daartoe verplicht waart! Kunt en wilt ge voortgaan met die 5 gl. 'smaands voor myn rekening aan Juffr. Fr. uittebetalen, asjeblieft! Eenmaal daarmee begonnen zynde, zou 't 'n wreedheid zyn optehouden. Wat 'n stakkert, niet waar? En zoo zyn er duizenden en duizenden! Men moet er niet aan denken. M'n plan is, dinsdag a.s. in Amsterdam te komen, en dan zal ik U terstond teeken van leven geven. Intusschen hartelyk gegroet van tt Dek
Laat niet annonceren: over het Strafrecht. Dan zou ik gehouden zyn aan 't woord in Nederl.-Juridischen zin. Neen: over Strafrecht, d.i: over 't Recht der Maatschappy om te straffen in 't algemeen. |