dagbladen, in de mythologie, en in de geschiedenis, om ten laatste te wijzen op het eenige waarin geen leugen bestaat, den aard der dingen, zooals wij dien vinden in de rijke, schoone natuur.
Als altijd muntte sprekers rede uit door kernachtigheid en schoonen stijl; toch keerden wij minder voldaan huiswaarts dan gewoonlijk het geval is.
Niet altijd vonden we gisteren in de aangehaalde voorbeelden die frischheid en verrassende nieuwheid, en in zijne opmerkingen die juistheid, waardoor Multatuli's redenen en geschriften zich steeds kenmerken; en leidde de spreker zijn voordracht ook in met de waarschuwing, dat hij geen nieuws zou verkondigen, wij kenden Multatuli te goed om niet te verwachten, dat hij ook ditmaal uit het oude aambeeld weer louter nieuwe vonken zou slaan. In die verwachting vonden wij ons gisterenavond wel eens teleurgesteld, maar, niettemin bevatte de voordracht veel schoons en veel, dat ter harte genomen kan en zal worden.
Naar wij vernemen, was het gisteren de laatste voordracht, die Multatuli in dit seizoen hier ter stede zal houden. Moge de waardeering, die uit de belangstelling en aandacht zijner hoorders sprak, hem eenigszins schadeloos stellen voor de miskenning, waarvan hij ook gisteren weer eenige bewijzen aanvoerde, en hem overhalen nog dikwijls Rotterdam met een bezoek te vereeren.