[28 februari 1879
Brief van Edu aan Multatuli]
28 februari 1879
Brief van Edu aan Multatuli. Enkel velletje postpapier, waarvan blz. 1 en 2(⅓) beschreven. (M.M.)
's Hage 28 febry 1879
Beste lieve Dek,
Dankje voor je briefkaartje. 't Is dus vast dat tot nader bericht blyft je adres in Arnhem. Is Mimi al gekomen? Hoe gaat 't met haar? En met de kleine Wouter? Is hy blyde in Holland te zijn? Mijn hartelijkste groeten aan beiden s.v.p.
En hoe gaat 't met jou, beste Dek, met je keel, met je leezingen? Ben je niet al te veel afgemat? Ik zou met pleizier 't een en ander van je vernemen. Indien je geen tijd heb, wil Mimi dan zoo goed zijn mij met een paar woordjes iets over jou en haar willen mededeelen?
Ik heb punctueel van Mijnh. Waltman jou boeken ontvangen, niet die van Vosm. Ik ben zij steeds wachtende. Met groote ingenomenheid lees ik je M. Studien, c'est ma lecture du soirGa naar eind1.; ik lees niet vlug maar dat is niet mijn schuld want om alles goed te begrijpen moet ik veel overlezen en nadenken.
Met mij is alles in den statu quo ante bellumGa naar eind2.. Ik heb noch geen geld van mijne lessen ontvangen 't geen mij wel spijt; des te meer dat mijnh. Holle op reis gaat en van die gelegenheid gebruik heeft gemaakt om mij vriendelijk wel is waar, te verzoeken of ik niet meer bij hem kwam eeten.
Met andere woorden moet ik niet meer zoo dikwijls bij hem aan huis komen en mijn smaandelijks geld heb ik voor deze maand niet meer gekregen. Enfin, dat valt mij erg tegen, want 't bezorgt mij veel soesah, mais qu'y faireGa naar eind3.?
Dag beste Dekje, dat Mimi, dag Wouter,
Uwe U liefhebbende Edu
Kerk straat 30