Volledige werken. Deel 19. Brieven en dokumenten uit de jaren 1878-1879
(1989)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 424]
| ||||||
[3 april 1878
|
nam: Schoonhoven (overmorgen) |
Kampen, Zutfen (?) |
Deventer |
Meppel |
Zwol, op den 17n.Ga naar eind1. |
Na dien 17n is er halt gekommandeerd, en dit moest ik wel doen, want ik ben moê. Ook voel ik pyn in de keel, en al ware dit anders, het verkoopen van wyzighedens verveelt me. Ik verlang naar huis, en zal m'n hart ophalen aan 't oplaten van zelfgemaakte vliegers. Het zoontje van den heer Haspels (12 jaar) dien ik naar W.b. zond om m'n vrouw gezelschap te houden, kan me tot pretextGa naar eind2. dienen.
Maar na die slotvoordragery te Zwol, kan ik niet terstond naar huis vertrekken, wat ik anders wel wenschte. ‘Wel, zegje dan ben je den 19n & 20 nog in Holland?’ O ja! Maar ik heb zeer veel relatien, vrienden familie & geestverwanten afgescheept met:
‘Wees zoo goed me, zoolang die kermisreis duurt, als dood te beschouwen.’
Begryp, S.V.P. dat ik in de dagen tusschen de publieke voordrachten in, m'n keel moest sparen, en bovendien altyd veel te
doen had. Zelden ga ik 'savends voor 2 uur naar bed, daar ik den nacht moest gebruiken om aantevullen wat me gedurende den dag door bezoeken &c ontroofd was. (m'n arme keel!)
Alzoo nà dien fameuzen 17n, lig ik onder allerlei servituten van belofte & afspraken. Ik wil griffermeerd worden als ik ze op 't oogenblik allemaal kan opnoemen. Maar ik weet dat HEDGa naar eind3. getal legio is. Ik kan waarlyk niet uitrekenen of ik nà, en zoo ja, of ik terstond nà den 17 naar Amsterdam en naar Hoorn moet, twee plaatsen waar ik schulden van piëteit heb aftedoen. En, wist ik nu maar op welke datum ik te Kampen, te Deventer te Meppel, te Zutfen wezen moet! Dan zou ik kunnen berekenen of ik van een dier plaatsen uit, U kon komen zien. Ik zette op pag 1 by Zutfen 'n vraagteeken. Misschien weet gy nu of, en wanneer, ik daar kom. Zou 't u schikken dáár te komen?
Ik heb 't vreeselyk druk. Die voordragery is eigenlyk by zaak, en ik zou 't in 't geheel niet meerekenen als er niet aan verbonden was: sporen (my 'n ware marteling!) kellners, vigilantkoetsiers, kamers bespreken, slecht weer trotseeren, aanraking met Pleizier-kennismakers, aanhoren van bakerpraatjes - och, zoo vervelend! De rammelslag'sGa naar eind4. zyn de wereld nog niet uit. -
Als ik nu maar zeker was dat ik te Zutfen kom. Zoo ja, maak dan S.V.P. dat ik daar iets van U verneem. Aan de post zal men weten waar ik logeer. Een briefje komt dus terecht.
Ik zou wel zeggen: ik zal te Lochem komen, maar ik weet niet of ik daartoe den tyd hebben zal.
Voor heden vriendelyk gegroet van t.a.v. DouwesDekker
Dr Van der Tuuk is 'n vriend van my. Hy is zeer ver in indische taalkennis, en bovendien 'n zeer geestig en... flink ongeloovig mensch. Ik geloof dat zekere zoo pikante brieven in den ‘Tolk v. Vooruitgang’ van hèm zyn. (Over genomen, meen ik, uit 'n Soerabayasche Ct).