Volledige werken. Deel 18. Brieven en dokumenten uit de jaren 1875-1877
(1987)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[16 december 1876
| |
[pagina 576]
| |
‘daar steekt 'n misverstand achter.’ Of iets als 'n onwillekeurig... omzwikken. Ik ken dat heel goed by ervaring. In den brief aan Versluys waarmee ik juist bezig ben staat: ik kyk gedurig uit naar 'n briefkaart: ‘misverstand!’ En zie, daar komt uw lief schryven. Hartelyk dank! Och, ik ken, zulke oogenblikken van défaillanceGa naar eind2. zoo goed! Ge noemt Petrus! Ik zei ergens dat juist hy de eenige was van wiens karakter iets blykt, juist hy!- Alles is in alles. Zie hier 'n gek voorbeeld, hetzelfde dat my zooeven 't woord omzwikken in de pen gaf. Over 't geheel ben ik zwakjes (vooral nu) maar m'n knien en enkels zyn (in verhouding) sterk. Ik kan loopen en bergen klimmen, o onvermoeid! En vroeger reed ik goed te paard, en kon 'n paard ('n klein-indisch) z'n kop doen oprichten door hem met de knieen te knypen. En... als ik op gelyken weg loop, zonder vermoeienis en in gedachten, slaat telkens m'n voet om. Wie dan by me is, en dat opmerkt denkt dat ik zwak in de enkels ben. Juist niet! Wat 'n gek voorbeeld! Nu, als ge maar ziet dat ik U begryp.- Ik hoop, hoop hoop eens eenigen tyd by den heer Mansholt te zyn. Dat staat, meen ik, ook in 't begin van antwd op uw langen brief. Hé, ik zend u 't toen geschrevene, niet om den inhoud (ik weet niet meer wat ik schreef) maar om U te doen zien dat ik schryven... wou. Zoo'n wouwery beteekent niet veel. In godsnaam. - Ik ben niet wel. 't Is geen ziekte, maar ik voel me zwak en lusteloos, afgemat. Maar uw beider brieven monteren my wat op. In groote haast hartelyk gegroet, vooral ook die beste Mansholt. Wat 'n hart lees ik daarin! tt DouwesDekker |