Volledige werken. Deel 18. Brieven en dokumenten uit de jaren 1875-1877
(1987)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[7 september 1876
| |
[pagina 450]
| |
myn kant altyd in-acht nemende wat behoorlyk is, droeg ik hun nooit iets op dan waarover ik met U was overeengekomen en meen ookGa naar eind2. hierdoor aanspraak te hebben op 'n fatsoenlyke bejegening van hun zy! Bespaar me toch asjeblieft zulke ontmoetingen! Als die W & Co te laag staan om te weten wat me toekomt, - enfin, t is zeer verdrietig! Ge begrypt dat de kwestie niet loopt over de belangrykheid of onbelangrykheid van 't stuk dat zy er uitgooiden. De vraag is, of 't behoorlyk is dàt 'n drukker zoo beschikt over kopie die ik hem zend? Ik begryp dat ge vergeten hadt, W & Co mededeeling te doen van onze laatste afspraak, doch dit geeft hun geen vryheid my te beleedigen met 'n refuus. Ik accepteer 't dan ook niet! Hartelyk gegroet tt DD 't Is wel jammer, want ik zou anders geen betere drukkery verlangen. Ik had Waltman verzocht, de Mill. Studien, 2e druk, by hen te laten drukken. Weet ge dat Waltman 'n paar dagen hier geweest is? De voor de hand liggende beschuldiging van ‘lastigheid’ kan ik niet aannemen. Integendeel, uit (misschien overdreven) plichtbesef maak ik 't den drukker zéér makkelyk. Zie, als voorbeeld, de tevens hierbygaande kopie van ‘'n Salomo's recht.Ga naar eind3.’ Me dunkt dat o.aGa naar eind4. daaruit blykt hoeveel zorg ik draag voor duidelykheid. Welnu, laat men ook my geven wat me toekomt! |