kort zullen leven. Maar waarom toch zijt Ge zoo angstig zelf iets te geven! Moet het dan juist volmaakt naar Uw zin zijn? Laat liever een ander recht spreken als Ge iets hebt waarmee Ge zelf maar half content zijt, Vosmaer b.v.? Ik vrees dat er anders wel nimmer een stuk van U ter perse zal komen.
Neen, ter perse moet Ge 't ook in geen geval geven, althans niet in de eerste jaren, want naar ik hoor krijgen Keller, Beijerman en ten Brink hun honorarium van Albrecht en van Ollefen per voorstelling, terwijl, als een stuk gedrukt is, hier te lande ieder gezelschap 't recht heeft het op te voeren zonder uitgever of auteur een cent te vergoeden. Wie zal berekenen welk vast jaarlijks inkomen Ge op die manier zoudt kunnen verdienen! Ik geloof niet te hoog te ramen als ik beweer dat Uwe talenten als auteur, ook in Holland, bij praktische exploitatie, stellig 6/m per jaar zouden opbrengen.-
Woest vraagt mij naar blad 16 en 17 van bundel III. Hebt Ge die soms vergeten of mankeerde U de lust ze te gaan corrigeeren? Nu, we hebben den tijd er meê, haast U dus niet.
Kan bundel IV herdrukt worden zoo als hij daar ligt, of moet Ge die nog vooraf doorloopen? Bericht mij dit even als Ge weêr eens schrijft, want Woest is er haast aan toe om die bundel onder handen te nemen.
Vergeef mij dat ik zoo weinig schreef in den jongsten tijd. Na de bevalling mijner vrouw (die ditmaal gelukkig geen langen staart had) ben ik mijn gewone jaarlijksche reis gaan doen en was ik dus sedert 25 Maart met een enkelen dag pauze nu en dan, haast altijd van huis. Thans heb ik veel achterstalligs weer onder de knie en hoop ik weêr geregeld mijn werk te kunnen doen.
Hartelijk met Mimi gegroet van
tt
GLf