ik stemming heb, maar zeer drukkend tot het ondragelyke toe zoodra dit niet het geval is. Enfin, ik had er best den tyd toe kunnen nemen Uw en H's brief uitvoerig te behandelen, want sedert drie dagen bracht ik niets voort. Ik ben moê van vruchteloos pogen. Ik ben zeker dat ge die stemming kent.
Maar wat ge waarschynlyk niet kent, is de noodzakelykheid om inweerwil dier vermoeienis doortegaan. Ik kan geen dag missen. Het besef hiervan maakt me woedend. Ik blyf er by dat de godvreezende nederlandsche natie me daaraan niet had moeten overlaten, en als ik dan bedenk dat ze zich noch veroorlooft aanmerkingen op my te maken - Soit!-
In zulke stemmingen heb ik slechts te kiezen tusschen echt werken en niet werken, en beide is my niet geoorloofd.
Mag ik U eens-vooral verzoeken my nooit kwalyk te nemen als ik weinig of niet schryf? Dit is met de weinigen waarmee ik intiem omga, een vast accoord. Als ge bericht van my wacht, en 't komt niet, denk dan dat ik plichtshalve bezig ben met m'n metier.
(....) Italie op geld
(....)
daaruit toelichting vereischen zouden, als (....) graag wat u allerlei by-omstandigheden te doen begrypen. Doch dit is de eisch niet. Het is alleen om den toon te doen, en om u instaat te stellen vrede te hebben met m'n pretentie dat ik 'n goed mensch ben. Haal er dát alleen uit. In byna alle andere gevolgtrekkingen zoudt ge u vergissen. E.g. ‘geen spiritus.’ 't Zou kunnen schynen of ik vroeger aan den drank was. Dit is zoo niet. Ik ben altyd zeer matig geweest, en ook in ander opzicht ingetogen, buitengewoon ingetogen. Neen, die spiritusfraze doelt op iets anders. Van zeer naby had zy en ik gevolgen van 't tegendeel voor oogen gehad, en ik zei altyd dat ik nooit aan iemand wanhoopte, met uitzondering van dronkaards, en haar vreugd dat ik niets gebruik (sedert 'n jaar of drie zelfs geen bier) is 'n weerslag op m'n thema dat denken overwinnen doet. (Drinken namelyk staat het denken in den weg, ook 't zoogend matig drinken. Juist die matigheid is 'n pest. Leven de oprecht waarschuwende dronkaards die in de goot liggen!-
Ge zoudt om alles in die brieven te begrypen, meer inlichting van deze soort moeten hebben, maar daartoe heb ik geen tyd. 't Is te omslachtig, en 't schryven verveelt me. Daarby komt dat m'n oogen slecht zyn. Ik moet er zuinig mee omgaan. Nog-eens neem nooit kwalyk als m'n correspondentie hokt.