2) | De eisch is die conventie binnen zekere (?) grenzen te houden. |
3) | De Hollanders letten niet op 't al te wyd uitzetten dier conventie, in vreemde stukken. (Molière kent géén grens. De Scribe's nog minder!) |
4) | De Hollanders zyn bégueule in hun beoordeeling der grenzen van conventie in holl. stukken. (Lindo maakt zeer ware doch misschien onjuiste aanmerkingen op de Bruid daarboven. ‘De knecht praat mee!’ Ook ik zeg dat dit bespottelyk is. Maar eilieve, hoe dan met Plautus, met Terentius, met Molière? |
God bewaarme dat ik die op stiptheid gesteld ben, ónbeperkte ruimte voor conventie vorderen zou. Maar ik vraag waarom men in vreemde stukken alles slikt? En waarom men den nationalen schryver géén vryheid hoegenaamd vergunt?
Werk gy die données eens uit! Ik doelde o.a. dáárop toen ik zeide te vreezen dat het Tooneel verbond stroo dorschte. We hebben geen publiek dat den schryver draagt. Holland is (ook in Kunst) bourgeois. E.g.
1) My is verweten dat ik Droogstoppel 'n domheid liet zeggen: ‘als ik voortdurend de helft van m'n vermogen weg gaf, zou ik weldra niets overhouden’ of zoo-iets. ‘Neen, zegt de burgerlyke rekenaar, altyd de helft weggevende, zou men altyd iets overhouden. Zeker!
2) In Vorstenschool stond: Er wordt van nacht 'n yz'ren brug gegoten.’ Een fabrikant zei me (voor den druk) ‘dat is 'n fout. Men giet geen brug. Men giet successivelyk de stukken.’
Waar! Zeer waar! Welnu, ook daarin moet men streven naar juistheid. Maar dit is nu de vraag niet. Ik zeg dat het in Publiek weinig Kunstzin te kennen geeft: zulke ónjuistheden te kiezen tot punt van uitgang ter beoordeeling. En wie zulke aanmerkingen maken, pretendeeren 'n stuk beoordeeld te hebben!
(En parenthèse. In Vorstenschool is de conventie vry nauw gehouden. O, komiek! Ik las dezer dagen in 'n recensie, van ouden datum reeds, dat Louise's geest niet ‘vrouwelyk’ is, niet... ‘elegant’. Wel ‘mannelyk-geniaal’ Niet ‘vrouwelyk’ en niet ‘elegant!’ 't Gebrek aan ‘elegance’ is vreesselyk, niet waar?
(....)
Ik was aan de bydingetjes. Zie je wel, dat schryven 'n half ding is? Nu weet je nog niets van m'n aanmerkingen op je proza! Sakkerloot, ik heb 'n ½ dozyn by-dingen vergeten. ‘Rafael?’ ‘Een Kunstenaar