[19 april 1873
Brief van Multatuli aan Funke]
19 april 1873
Brief van Multatuli aan G.L. Funke. Half enkel velletje postpapier, geheel beschreven. (M.M.)
Wbaden 19 April 73
Waarde funke!
Vriendelyk dank voor de f100. Dit maakt f849.-
Uw coulante behandeling maakt me dankbaar, maar ook weemoedig. Och, als 't altijd zoo gegaan was. Er zou zooveel ánders wezen! Ik was in vroeger tyd altyd wél, en zou hebben kunnen doorwerken. Maar dan zat ik te tobben met het dagelyksche, en kon niets uitvoeren uit ergernis. Want zonder stemming ben ik niets waard. Zoo-iets breekt me erger dan ziekte.
Sedert 2 jaar eerst sukkel ik telkens. Maar dit tel ik niet zoo veel als gemoedszaken, ik kan wel tegen koorts of diarrhee, maar niet tegen 'n manende hospita.
Sedert twee dagen heeft m'n buik zich tot deugd geschikt. De kopie die hierby gaat wás gedeeltelyk klaar, maar ik moest nazien, en daar ik dit heel minutieus doe (vandaar die inplaksels. Telkens verander ik zoo veel dat ik 't niet durf zenden) zend ik de ontbrekende 1½ vel eerst heden. Er is minder (dit weet ik wel) maar ik héb 't ontbrekende. Eigenlyk had ik u wel 100 dingen te schryven, maar gy hebt het druk, en ik ook.
Neen, beste kerel, uw hartelyken raad om rust te nemen kan ik niet opvolgen. Ik moet doorwerken. Ik heb dit jaar niet de helft geleverd van wat ik vaststelde of hoopte.-
't Eerste wat ge nu ontvangt, is correctie Vry-arbeid.-
Schryf me uitdrukkelyk of er haast is met Mimi's vertaling? De zaak namelyk is dat ze zich 'n tydje wou bezig houden met iets anders. Ze werkt van 's ochtends tot 'savends.-