Wiesbaden 11 februari 1871
Beste Huisman, Ik heb uwen brief van 5 febr. niet terstond beantwoord, omdat de inhoud my zeer aangreep. Ik was bevreesd U, die welwillend zyt, en meende goed gehandeld te hebben, boozer te schryven dan ik verantwoorden kan. Bovendien, uwe omstandigheden zyn al moeielyk genoeg.
Maar - de waarheid moet ik zeggen. Ge hebt my een zwaren slag toegebragt, en de laatste hoop op herstel myner zaken afgesneden.
En die zaak, én die met de v. Lenneps eischte nauw overleg, en stipte handelwyze. Ik schreef er u slechts ten-deele iets van. Alles medetedeelen zou my teveel tyd gekost hebben, daar het zeer ingewikkeld was. Ik zie er zelfs tegen op, het in eene brochure te doen, daar 't my te veel afmat. Doch misschien zal 't moeten.
Doch ik rekende er een beetje op dat gy lezen zoudt wat ik u schreef. Ik overyl my nooit, en weeg elken maatregel. Maar dan is 't wel jammer dat al myn gewurm zoo verydeld wordt!
De Commissie zelve had my mededeeling gedaan van de door haar te plaatsen Annonce, waarop ik geene andere aanmerking had dan dat zy my bedankte, zonder melding te maken van myn verzoek ‘hare bemoeienis te staken.’
Ik begreep dat ze die annonce aan my zond om te zien of ik er aanmerkingen op had?
(Zy weten niet wát en hoeveel ik weet van hun geknoei, en welke wapens ik tegen hen heb. Daar wilden zy achter komen.)
Ik antwoordde dus niet. En zorgde langs een anderen weg, dat ze de advertentie niet plaatsten, uit vrees dat ik er tegen op komen zou, zonder dat ik my echter uitliet hoe.
Maar, voor 't geval dat ze die annonce tóch plaatsten, gaf ik u dat antwoord in de pen, om myne publieke beantwoording voortebereiden, en voorloopig te doen blyken dat ik de Commissie bedankt had. Het stukje in den Rotterdammer was door Quack ingeschoven, om my optewekken tot eenige repliek, die ik juist niet geven wou, voor zy waren uitgekomen. Daarop had ik sedert 27 of 28 Decr alles aangelegd. En uw stuk dat oogenblikkelyk aan Wertheim is gezonden, vóór 't gedrukt werd, heeft nu alles bedorven! Gy hebt de Commie veel pleizier gedaan.
Quack heeft precies zyn doel bereikt. Ik ben zeer zeer verdrietig. Uwe wyze van doen - de vervloekte gewoonte van slecht lezen! - kost my duizenden, en Uzelf ook zeer veel!