[20 december 1869
Brief van Multatuli aan Huisman]
20 december 1869
Brief van Multatuli aan H.H. Huisman. Dubbel gevouwen enkel velletje postpapier, geheel beschreven. (U.B. Leiden: fotokopie M.M.)
taxatie van Havelaar: denkelijk hoopte Multatuli erin te slagen eindelijk zelf over de auteursrechten van de Max Havelaar te kunnen beschikken, of anders in elk geval een maatstaf te hebben voor de geldswaarde van wat hij schreef.
den Haag 20 Decr 1869
Waarde Huisman, Bygaande Locomotiven zend ik aan den Dageraad, en ik zal daarmede voortgaan als men my uit Indie daartoe blyft in staat stellen. Het spyt my voor 't verband der zaak dat men my de nummers waarin myne Causeries staan niet van den beginne af heeft gezonden. Er waren amusante by. Ook heeft men hier en daar zich veroorloofd myn stukken te verminken.
In Godsnaam!
Hierby f 10. Weinig maar uit n goed hart, als een kermis koek.
En een verzoek!
Ik zou graag iets willen weten van die taxatie van Havelaar, zonder dat men echter merkte dat ik er naar vroeg. Gunst wèl, natuurlyk. Maar om doel te treffen, moet het iets zyn waarop ik my beroepen kan. Anders wordt het teruggewezen als een praatje.
Ziet ge er kans toe my my zoo iets te bezorgen. En mag ik, als t noodig is, myn zegsman noemen? Want het zal misschien daarop aankomen.