[Bijlage
Herinnering van G.W. van der Voo]
Bijlage
Herinnering van G.W. van der Voo aan het bezoek dat hij in 1869 aan Multatuli heeft gebracht i.v.m. de voordracht te Rotterdam; gepubliceerd in:
Ter Gedachtenis aan Multatuli 1887 - 19 Februari - 1892. Uitgegeven door de vereeniging ‘De Dageraad’. Amsterdam 1892, blz. 32-35; voor het onderstaande fragment zie blz. 34.
Ik had te Rotterdam eene vereeniging voor algemeen stemrecht opgericht, waar ook de vraagstukken van den dag besproken werden; bij onze vergaderingen waren steeds een paar inspecteurs van politie tegenwoordig, waarvan ik er een kende. Deze zeide eens tot mij: ‘Weet je, wat ons rapport is?’ ‘Het gaat daar zoo ordelijk en deftig toe, als in de Staten Generaal.’ Die getuigenis was gunstiger, dan die van het publiek, dat ons toen als oproermakers brandmerkte; zelfs ondervond ik daardoor eene grievende beleediging; ik werd namelijk geweigerd in een Vrijmetselaarsloge. Doch genoeg; men wilde een openbare vergadering beleggen, en wenschte Multatuli als spreker. Ik ging vergezeld van een lid van 't bestuur naar den Haag. We werden in zijn studeerkamer vriendelijk ontvangen; ik deed mijn verzoek, het werd dadelijk aangenomen en er ontknoopte zich terstond eene causerie; midden in 't gesprek opende hij een deur en riep: ‘dejeuné!’ Wij kwamen aan tafel; daar trof ik Tine met dat karaktervol gelaat aan, als ook Marie Anderson. Hij was toen zeer levendig en opgewekt, en bootste verscheidene sprekers en spreeksters zeer nauwkeurig in hun manier van spreken na, o.a. Mevrouw Storm. Hij kwam vergezeld van zijne dochter te Rotterdam en hield een schitterende voordracht. Men bood hem na het ontbijt geld aan, doch hij weigerde.