[7 april 1869
Brief van Potgieter aan Busken Huet]
*7 april 1869
Brief van E.J. Potgieter aan Cd. Busken Huet. Fragment. (De volledige briefwisseling van E.J. Potgieter en Cd. Busken Huet, I; blz. 623).
zei Staring: zie voor dit citaat ook V.W. XII, blz. 556-557.
Gister avond stoorde? verraste? mij een bezoek van Dr. H.N. Hubrecht, den jongen Directeur onzer Handelsschool. Hij was naar 's Hage geweest, hij had getracht bij de Dekkers een bezoek af te leggen, maar hij mogt hen niet tehuis treffen. Volgens het gerucht intusschen bleef het een menage a trois Mijnheer Mevrouw en Jufv. S., Abraham, Sara, en Hagar. Er is echter van geen Ismael sprake - de schalk beweerde zelfs dat Dekkers liefde een zeer Platonische was.
‘Jufvrouw S. vertaalt den Max Havelaar in het Duitsch.’
‘Dat heb ik ook van Prof. van Vloten gehoord, Amice! en deze heeft zelfs bij een paar uitgevers moeite gedaan haar handschrift gedrukt te krijgen. Maar het moet Hollandsch Duitsch zijn, - getrouwelijk overgezet, woord voor woord, met behulp van de Dictionnaire.’ Och, dat ziekelijke streven om quand même zich in een vreemde taal gedrukt te zien, heden door middel van Maurice Nahuys, en morgen door Jufvrouw Mimi.
Maak, dat U onvertaald
Frank, Brit en Duitscher lezen,
zei Staring, maar het was ook Staring!