[3 december 1868
Brief van Tine aan Multatuli]
*3 december 1868
Brief van Tine aan Multatuli. Afschrift van onbekende hand. (M.M.)
Boven de tekst op blz. 1 de aantekening: brief van Everdine uit Milaan op verzoek van Dekker overgeschreven voor Houwink die op reis was.
S: signor Salati, een italiaanse vriend van Tine.
Milaan 3 Dec.
Allen heel wel Beste-beste Dek tot mijn groote vreugde krijg ik daar je brief van 27. Nov. ik schrijf in vliegende haast om deze nog te verzenden je laatste brief was van 22 Sept. ik heb geen ander gekregen ik heb ook nog eens geschreven. en ik kreeg geen antwoord noch op den brief van den operatie noch op den laatsten ik twijfelde geen oogenblik of er ware gewichtige reden die je verhinderden te schrijven. ik wist niet wat ik denken moest; en vond het beste om te wachten tot dat je schreef ik vreesde of je onaangenaam met de Policie had na je lezingen en dat mijn brieven niet veilig waren enfin alles is goed en ik ben uit den angst en dan zulk een hoopvollen brief dat is mooi! ja er is werkelijk een bezwaar voor 't reizen in de kou, de winter hier in Milaan is niets in vergelijking van Holland en toch moet ik me erg in acht nemen. maar als het zoo ver is zullen we zien, ik ben heel wel, de kinderen ook Edu is in volle werkzaamheid in de Scienc Naturelle leert Chémie en is dagelijks eenige uren werkzaam in 't Museum, die heeren kan ik niet genoeg roemen, zoo goed ze Edu voorthelpen, verbeeld je dat hij reeds een Catalogus maakt. voor de Insecte hij word door ieder een zoo vriendelijk behandeld de Chimie leert hij op het Instituut en nog op een Cours Publique hij is den ganschen