[10 juli 1868
Brief van Kallenberg vd Bosch aan Potgieter]
10 juli 1868
Brief van R.J.A. Kallenberg van den Bosch aan E.J. Potgieter. Dubbel velletje postpapier, tot bovenaan blz. 3 beschreven. (U.B. Amsterdam; fotokopie M.M.)
Huize Laanzigt. 10 July 1868.
WelEdelgeboren Heer!
Met dankzegging zend ik U de brief van Mev: Dekkers terug, en het verheugd mij daaruit te zien dat het arme schepsel goeden moed blijft behouden niettegenstaande zoo vele dingen haar grievend teleurstellen. - Het zal voor haar een harde slag, en wel de hardste zijn, wanneer zij éénmaal welligt haar blind geloof in D.D. zal moeten opgeven, en ik wensch haar van harte toe dat onze beoordeelingen door hem beschaamd mogen worden en hij haar bewonderingswaardig vertrouwen regtvaardigen zal.-
Ingevolge mijne belofte heb ik de Eer u voor haar overtemaken f.60; het spijt mij niet meer te kunnen doen, maar intusschen zal het de kleine kas die door U zoo edelmoedig word geadministreerd en gevoed weder eenigzints stijven. - Zij heeft wel gelijk U dankbaar te zijn, want door U wordt het feu sacré aangewakkerd, dat anders zoo ligt, door gemis aan tijding, en haar ver afzijn, zou uitdooven.-
Niemand meer dan ik kan het betreuren, dat onze toevallige ontmoeting in het badhuis niet gevolgd is geworden door eene langere kennismaking. - Na het diner sprak ik eene dame van mijne kennis