[19 oktober 1867
Brief van Multatuli aan Huet]
19 oktober 1867
Brief van Multatuli aan Cd. Busken Huet. Dubbel velletje postpapier, tot onderaan blz. 3 beschreven. (M.M.)
Myn voorganger: Charles Eduard Pierre Carolus (geb. 1817) werd in december 1854 benoemd tot assistent-resident van Lebak en overleed aldaar op 1 november 1855.
werd vergeven: over de oorzaak van Carolus' dood is veel gepolemiseerd; dat men in 1855-56 in Lebak aan vergiftiging dacht, staat vast. Ondanks tegenwerpingen, ook van medische zijde, heeft Multatuli er eigenlijk nooit aan getwijfeld.
Vondels feest: in oktober 1867 werd het Vondelstandbeeld in het Vondelpark feestelijk onthuld.
Keulen 19 October 1867
Waarde Heer Huët, Ik ben verlegen over de moeite die gy U naar aanleiding van myn verzoek, wel hebt willen getroosten, en ik dank u zeer. (ook voor de f 25. die behoorlyk ontvangen zyn.)
Uit uwen brief meen ik te mogen opmaken dat ge 't druk hebt, en daarom zal ook ik niet veel schryven. Dit alleen: ik vind de Holl: couranten komiek. Zy zelf zwygen my dood, en tegelykertyd maken ze er een soort van bluf van dat men in 't buitenland zich met ‘onze’ (ik protesteer!) letterkunde bemoeit. Naar aanleiding van de 2 millioen waarmee Mijer geen weg weet, (volgens 't Bat. H.B.) ware er toch waarlyk iets over my te zeggen.
Dàt Mijer er nu geen weg meê weet, is te begrypen. Publiek mag ik 't niet zeggen, maar waarlyk, er is maar één manier om in Indië de boêl goed te krygen, dat is door my in de hoogte te steken. Ieder zal natuurlyk dit voor een eigenbelangzuchtig oordeel houden. Ik weet dat ik juist schuw ben het te uiten, omdat het myn belang is. Wáár is het toch. De heele zaak met Indië zit in de contrôle van de hoofden door de ambtenaren (zooals de instructien luidden en luiden). Ik wilde die instructien volgen, en lyd gebrek. Kan men verwachten dat, na dat voorbeeld, iemand zyn pligt zal durven doen? Neen. Dat ‘de persoon die de Regenten zal kunnen controleren, nog moet geboren worden’ (Bat. Handelsblad) is onwaar. Ik kon het, en ieder zal het kunnen, zoodra hy weet dat hy daarvoor niet zal worden gestraft. Had Duymaer v Twist my gesteund, inplaats van, volgens den slenter, myne excentriciteit (dàt was het, namelyk: ongewoon)