| |
| |
| |
Biografische aantekeningen
Ablaing van Giessenburg, Rudolf Charles d' -: geb. Amsterdam, 25 april 1826, als Rudolf Carel Meijer; over 1. ald. 13 maart 1904; in 1861 erkend als zoon van Johanna Maria d'Ablaing van Giessenburg. Was van 1847 tot 1850 werkzaam te Batavia, vestigde zich bij terugkeer in Amsterdam als boekhandelaar, eerst in associatie met Stemvers, weldra voor eigen rekening onder de firmanaam R.C. Meijer. Hij publiceerde veelal onder de schuilnaam Rudolf Charles. Vanaf de oprichting in 1856 tot in mei 1865 was hij voorzitter van de vereniging ‘De Dageraad’. Ook als uitgever was hij aktief; de eerst bekende titel is: A, Halberstadt, ‘Vrijmaking der slaven in Suriname en de opheffing van het meesterschap volgens de staatscommissie’ (1856). In 1858 zette een reeks van vervolgde Franse schrijvers in met: Alexandre Erdan, ‘La France mystique’. In hetzelfde jaar gaf d'Ablaing drie tijdschriften uit die hij in 1859 bundelde als ‘Een Bliksemschicht der XIXe eeuw’. In 1864 voltooide hij zijn editie van het ‘Testament’ van Meslier en gaf hij een anonieme vertaling uit van D. Fr. Strauss: ‘Het leven van Jezus, voor het volk bewerkt’ (2 delen). |
Abrahamsz, Sietske Cornelisdr. -: geb. Amsterdam 14 januari 1842, overl. Zeist 3 december 1912. Nicht van Multatuli. Zij inspireerde Dekker tot het schrijven van zijn ‘Minnebrieven’ (1861). Op 28 augustus 1864 werd zij, als eerste vrouw, lid van ‘De Dageraad’; in oktober hield zij enkele voordrachten over vrouwenemancipatie. In 1866, toen de vereniging tien jaar bestond, was zij nog steeds lid. Zij trouwde in juli 1870 met de officier van gezondheid dr. George Julius Wienecke. - (X) |
Abrahamsz, Theodoor (Swart) -: geb. aan boord van het schip ‘Urania’ ter hoogte van het eiland Mauritius, 4 maart 1848; overl. Zeist 9 april 1911. Medicus. Officier van gezondheid bij de marine. Neef van Multatuli. Schreef o.a. ‘Eduard Douwes Dekker (Multatuli) Eene Ziektegeschiedenis’ (‘De Gids’, juli 1888) en apart uitgegeven bij Tj. van Holkema, Amsterdam 1888. - (X) |
| |
| |
Albert: zie Hotz, Albert Paulus Hermanus. |
Amorie van der Hoeven, Abraham des -: geb. Rotterdam 15 februari 1821, overl. Utrecht 20 maart 1848. Vriend van Eduard Douwes Dekker. Predikant bij de Remonstrants-Gereformeerde gemeente te Utrecht. - (VIII en IX) |
Amorie van der Hoeven, Mr. Herman Agatho des -: geb. Amsterdam 22 juli 1829, overl. 's-Gravenhage 13 oktober 1897. Broer van Dekkers jeugdvriend Abraham des A.v.d.H. Tot 1869 advocaat op Java. Gedurende zijn Indische jaren tevens redacteur van het ‘Bataviaasch’, later van het ‘Nieuw Bataviaasch Handelsblad’. Na terugkeer in Nederland, ging hij tot verbazing van velen als Remonstrant over tot de R. Kath. Kerk. Tussen 1875 en 1885 lid van de Tweede Kamer. Daarna lid van de Raad van State. In de koloniale politiek huldigde hij het liberale standpunt. |
Anderson, Anna Maria -: geb. 's-Gravenhage 2 augustus 1842, overl. (wschl. in Duitsland) 19 februari 1912. Behoorde tot de kring van Multatuli sedert 1862. In 1864 werkte zij mee aan het tijdschrift De Dageraad, maar haar bijdragen, in alle opzichten radicaal, wekten veel weerstand, o.a. bij Van Vloten. In deel XX (1865) zag zij zich gedwongen tot een woord van afscheid aan de lezers. Zij schreef later o.a. ‘Uit Multatuli's leven. Bijdrage tot de kennis van zijn karakter’, Amsterdam 1901. - (III, IV en X) |
Anette: zie Hamminck Schepel, Annetta. |
Begeman, Ds. Christoph Georg Sigismund -: geb. Amsterdam 19 maart 1813, overl. ald. 14 juni 1884. Studeerde te Utrecht. Tussen 1838 en 1856 predikant te Venhuizen en vervolgens te Noord-Zijpe. Vertrok in 1856 naar N.O.I., alwaar hij eerst te Djokjakarta en later te Passaroean het predikambt vervulde. Op zijn terugreis naar Nederland leed hij, voor de kust van Zeeland, schipbreuk. Keerde in 1869 naar Indië terug, waar hij tot 1877 wederom predikant te Djokjakarta was. Vestigde zich als emeritus te Amsterdam. |
Betsy: zie Hamminck Schepel, Elisabeth Louisa. |
Bogaers, Mr. Adrianus -: geb. 's-Gravenhage 6 januari 1795, overl. Spa 11 augustus 1870. Begonnen als advocaat te Rotterdam, was hij later (tot 1853) vice-president van de Arrondissementsrechtbank aldaar. Dichter en prozaschrijver. Medewerker aan de ‘Taalgids’ en de ‘Taal- en Letterbode’. |
Bosscha, Prof. dr. Johannes -: geb. Harderwijk 18 maart 1797, overl.
|
| |
| |
's-Gravenhage 9 december 1874. Historicus en staatsman. Hij publiceerde in 1866 een bemoedigingsbrochure ‘Pruisen en Nederland’, die door Multatuli beantwoord werd. - (III en IV) |
Brakel, Samuel Martinus -: geb. te Rotterdam, 1795, overl. aldaar 13 februari 1869. Van remonstrantse afkomst; zoon van een te Batavia overleden officier ter zee. Nam als jeugdige wees deel aan de veldtochten van Napoleon van 1811 af tot en met de slag bij Montmartre, 30 maart 1814. Was daarna werkzaam als boekhouder in Rotterdam. Behoorde in 1855 tot de tien oprichters van het tijdschrift ‘De Dageraad’ en speelde tevens een rol in de Rotterdamse vereniging ‘De Lichtstraal’, met G.W. van der Voo en J. Th. Dutillieux. Schreef ‘Herinneringen uit mijne eerste levensjaren’ (1838) en een aantal brochures over bijgeloof en christendom, deels uitgegeven bij F.C. Günst. Van de hand van deze uitgever is ook Brakels necrologie in ‘De Dageraad’(1869, nr. 3). |
Braunius Oeberius, Nicolaas -: geb. Bolsward 3 december 1832, overl Ellecom 18 september 1894. Schreef onder het pseudoniem Quintillianus. Bewonderaar en later vriend van Multatuli. - (III en X) |
Broens Jr., Gerrit -: geb. Amsterdam 22 september 1813, overl. ald. 24 december 1880. Journalist. Schreef vnl. onder het pseudoniem Hagiosimandre. Zijn artikelen uit het ‘Nieuw Amsterdamsche Handels- en Effectenblad’ (15 aug. 1861-31 dec. 1862) werden door hem, onder de titel ‘Papillotten van Oom Geurt’, opnieuw - ofschoon niet in de boekhandel verkrijgbaar - in het licht gezonden (2 dln. Amsterdam 1861-1862). - (II) |
Burlage, Mr. Joost Hendrik -: geb. Amsterdam 19 februari 1806, overl. ald. 10 december 1873. Commissionair in effecten. Oprichter der vereniging ‘Het Metalen Kruis’. Genoot als dichter enige bekendheid. Gunsteling van koning Willem III. Huwde in 1838 met Annette Volck, een zuster van Mimi's moeder. |
Busken Huet, Conrad -: geb. 's-Gravenhage 28 december 1826, overl. Parijs 1 mei 1886. Aanvankelijk predikant bij de Waalse Gemeente te Haarlem. Legde dit ambt neer en werd medewerker aan de ‘Opregte Haarlemsche Courant’. Redacteur van ‘de Gids’ van 1862 tot 1865. Vertrok naar Indië, waar hij, van 1868 tot 1872, redacteur van de ‘Java-Bode’ was. Nadien had hij een eigen courant, het ‘Algemeen Dagblad van Nederlandsch-Indië.’ Ging in 1876 terug naar Europa. Vestigde zich te Parijs. Schreef o.a. ‘Lit- |
| |
| |
terarische Fantasiën en Kritieken’, ‘Lidewyde’ en ‘Het Land van Rembrand’. - (III) |
Capadoce, Dr. Abraham -: geb. Amsterdam 22 augustus 1795, overl. 's-Gravenhage 16 december 1874. Medicus. Afkomstig uit een Portugees-Joodse familie, ging hij in 1822 tot het christendom over. Bekende figuur uit de Réveil-kring. Vriend van Da Costa en discipel van Bilderdijk. Zijn fanatieke strijd tegen de koepokinenting vervreemdde velen van hem. Zijn tweede vrouw, Hendrika Jacoba Abrahams, met wie hij in 1839 huwde, was een aangetrouwd familielid van Multatuli's zuster Catharina. |
Cápak I, Manco -: legendarische grondlegger en eerste souverein vorst van het rijk der Inca's (IIde eeuw). |
Cápak II, Manco -: overl. april 1537, laatste souvereine Inca van Peru (sedert 1533). In een opstand tegen de Spanjaarden werd hij om het leven gebracht. |
Christine: zie Hamminck Schepel, Christina Johanna Jacoba. |
Collard, Petrus Albertus Alexander -: geb. Geulle (L.) 16 juni 1825, overl. Teteringen (N. Br.) 22 maart 1895. Officier bij het Nederlands-Indische Leger. In de ‘Max Havelaar’ komt hij voor onder de naam Duclari. - (I en IX) |
Deiss, Maria Wilhelmina -: geb. Amsterdam 8 april 1830, overl. 's-Gravenhage 5 december 1905. Vestigde zich 3 maart 1863 in laatstgenoemde plaats, waar zij een winkeltje had in het Hamerslop. Protegée van Multatuli. Zie: J. Kortenhorst, Multatuli en Mina Deiss (Geschriften van het Multatuli-Genootschap VII). - (X) |
Douwes Dekker, Elisabeth Agnes Everdine -: geb. Soerabaja 1 juni 1857, overl. Capri 11 juni 1933. Dochter van Multatuli; roepnaam Nonni. Huwde 30 september 1880 met Francesco Bassani (1853-1916), sedert 1887 buitengewoon hoogleraar in de geologie aan de universiteit te Napels. - (VI) |
Douwes Dekker, Jan -: geb. Hollum (Ameland) 28 juni 1816, overl. Grissee (Java) 11 september 1864. Broer van Multatuli. Aanvankelijk stuurman ter koopvaardij, later (sinds 1854) tabaksplanter in de residentie Rembang. Huwde 3 augustus 1843 te Utrecht met Wilhelmina Frederica Antonia van Leeuwen (1819-1846) en hertrouwde 17 september 1849 te Ambarawa met Louise Marie Elise Adolphine Bousquet (1820-1910). - (VIII, IX en X) |
| |
| |
Douwes Dekker, Pieter Jan Constant Eduard -: geb. Amsterdam 1 januari 1854, overl. Nice 4 maart 1930. Zoon van Multatuli; roepnaam Edu. Leraar Frans (laatstelijk aan de R.H.B.S. te Gouda), in welke functie hij op 1 september 1920 gepensioneerd werd. Huwde in 1896 met Annetta Gerharda Post van Leggeloo (1870-1963). - (IX) |
Duymaer van Twist, Mr. Albertus Jacobus -: geb. Deventer 20 februari 1809, overl. Diepenveen (h. Nieuw Rande) 3 december 1887. Tot 1843 advocaat en procureur in zijn geboortestad. Daarna lid van de Tweede Kamer. Van 1851 tot 1856 gouverneur-generaal van Ned-Indië. Wederom lid van de Tweede Kamer van 1858 tot 1862 en vervolgens, van 1865 tot 1881, lid van de Eerste Kamer. |
Ernst, Laura -: Duitse toneelspeelster, als dochter van een schooldirecteur geb. te Koningsbergen tussen midden juli 1838 en midden juli 1839, overl. te Brem en 15 juli 1875; was jarenlang verbonden aan het Hoftheater te Karlsruhe. Over haar optreden in Amsterdam schreef Multatuli een geestdriftig stuk in het Handels- en Effectenblad van 6 februari 1863 (VWIII, blz. 35-40). Later, in een brief aan Vosmaer, 28 april 1874, noemde hij haar ‘'n allerordinairste beroepsactrice. Eigenlyk 'n dégoutant schepsel. De kunst was haar slechts métier. Maar in dat métier was ze knap.’ |
Etzerodt, Stéphanie -: geb. Londen 12 maart 1837, overl. Padua 21 januari 1917, dr. van Albert Fredrik en Elisabeth Focrest. Vriendin van Tine. Huwde met Giovanni Omboni (1829-1916), leraar bij het middelbaar onderwijs te Milaan en vervolgens professor in de geologie te Padua. |
Faber, Mr. Jan George Antonius -: geb. Hoorn 6 november 1823. Advocaat te Amsterdam. Vertrok 24 mei 1881 naar Wiesbaden - (X) |
Fransen van de Putte, Isaäc Dignus -: geb. Goes 22 maart 1822, overl. 's-Gravenhage 3 maart 1902. Aanvankelijk stuurman ter koopvaardij, sedert 1849 planter en vervolgens administrateur, pachter en eigenaar van een suikerfabriek op Java. Repatrieerde in 1859 als miljonair. In 1862 lid van de Tweede Kamer en van 1863 tot 1866 minister van koloniën. Sinds laatstgenoemd jaar andermaal lid van de Tweede Kamer en in de periode 1872-1874 weer minister van koloniën. Tegenstander van het Cultuurstelsel, dat in 1870 opgeheven werd terwille van de z.g. ‘vrije arbeid’. - (I, II, III, IV en X) |
| |
| |
Frédi: zie Hamminck Schepel, Frederika Maria. |
Führi, George Daniel -: geb. 's-Gravenhage 21 januari 1816. Hotelhouder ald. Vestigde zich in 1865 te Wiesbaden. - (X) |
Garibaldi, Giuseppe -: geb. Nizza 4 juli 1807, overl. Caprera 2 juni 1882. Verbleef van 1836 tot 1848 in Zuid-Amerika. Terug in Italië, vormde hij een legioen van vrijwilligers, waarmee hij in Tirol tegen de Oostenrijkers ten strijde trok. Zijn politieke ideaal, de eenheid van Italië, werd, mede door zijn toedoen, in 1871 verwezenlijkt. - (II) |
Gavere, Dr. Cornelis de -: geb. Groningen 28 november 1833, overl. ald. 14 november 1883, Phil. nat. dr., directeur van de H.B.S. te Soerabaja. |
Gevers, Mr. Hugo -: geb. Rotterdam 13 februari 1805, overl. Leiden 8 oktober 1881. Griffier van het Vredesgerecht en kantonrechter te Leiden; wethouder ald. en lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland. |
Gevers Deynoot, Jhr. mr. Willem Theodore -: geb. Wassenaar 8 september 1808, overl. 's-Gravenhage 25 maart 1879. Lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland en van de Tweede Kamer; koloniaal specialist. Schreef o.a. ‘Herinneringen eener reis naar Ned.-Indië in 1862’ ('s-Gravenhage 1864). - (III en V) |
Geyter, Julius (eig. Jan Julius) de -: geb. Lede bij Aalst 25 mei 1830, overl. Antwerpen 18 februari 1905. Was onderwijzer, later ambtenaar bij de griffie en sinds 1874 directeur van de Bank van Lening te Antwerpen. Letterkundige, vooral bekend door zijn epos ‘Keizer Karel en het Rijk der Nederlanden’ (1888). Voorvechter van de Vlaamse Beweging. Vriend van Multatuli. - (VI) |
Graaff, Charlotta de -: geb. Bloemendaal 21 juni 1837. Vriendin van Multatuli. Huwde met Charles Edwin Robinson, een Engels onderwijzer, met wie zij in de jaren zeventig van de vorige eeuw naar Amerika vertrok. - (X) |
Groen van Prinsterer, Mr. Guillaume -: geb. op het buitengoed ‘Rust en Vreugd’ onder Voorburg, 21 augustus 1801, overl. 's-Gravenhage 19 mei 1876. Studeerde te Leiden rechten, letteren en geschiedenis, terwijl hij van 1821 tot 1822 tevens de colleges van Bilderdijk bijwoonde. Werd in 1827 referendaris bij en twee jaar later secretaris van het Kabinet des Konings. Daarna belast met het toezicht op het Huisarchief, in welke functie hem in 1836, onder toeken- |
| |
| |
ning van de titel Staatsraad in buitengewone dienst, ontslag werd verleend. In 1840 lid van de Dubbele Kamer, tussen 1849 en 1866 lid van de Tweede Kamer. Antirevolutionair staatsman. Tot zijn belangrijkste wetenschappelijke publikaties behoort de uitgave van ‘Archives ou Correspondance inédite de la maison d'Orange Nassau’ (1835-1861). - (II en III) |
Günst, Dr. Frans Christiaan -: geb. Amsterdam 19 augustus 1823, overl ald. 29 december 1886. Boekhandelaar en uitgever in zijn geboortestad. Naast Multatuli's ‘Minnebrieven’ (1861), verscheen o.a. bij hem ‘Licht- en schaduwbeelden uit de binnenlanden van Java’ van dr. F.W. Junghuhn. Verzorgde ook (tot 1867) de uitgave van het tijdschrift ‘De Dageraad’, waaraan hij tevens, als auteur onder het pseudoniem ‘Mephisto’ of (***), medewerking verleende. Was gedurende vele jaren voorzitter van de onafhankelijke vrijmetselaarsloge ‘Post Nubila Lux’. - (III en X) |
Hagiosimandre, zie: Broens Jr., Gerrit. |
Hall, Maurits Comelis van -: geb. Amsterdam 4 april 1822, overl. ald. 2 september 1889, zn. van Adriaan van Hall en Margaretha Catharina Adriana Klinkhamer. Lid van de firma Van Hall & Co., commissionairs en assuradeurs te Amsterdam. |
Hamminck Schepel, Annetta -: geb. 's-Gravenhage 26 december 1844, overl. Glastonbury, Somerset, 3 maart 1931. Zuster van Mimi. Hoofd Pestalozzi-Fröbel-Haus te Berlijn (1874-1892) en hoofd Sesame House for Home Life Training te Londen (1898-1907). |
Hamminck Schepel, Christina Johanna Jacoha -: geb. 's-Gravenhage 29 februari 1848, overl. ald. 19 maart 1928. Zuster van Mimi. Huwde Schiedam 23 augustus 1872 met Allard Merens (1840-1907), achtereenvolgens surnumerair, adjunct-controleur, controleur en ontvanger bij de belastingen, laatstelijk te Haarlem (1905). |
Hamminck Schepel, Elisabeth Louisa -: geb. Hilversum 11 mei 1841, overl. Amsterdam 14 januari 1934. Zuster van Mimi. Roepnaam Betsy. Verpleegster. |
Hamminck Schepel, Frederika Maria -: geb. 's-Gravenhage 20 november 1853, overl. Amsterdam 3 april 1931. Zuster van Mimi. Roepnaam Frédi. Huwde Schiedam 6 april 1876 met Fredrik Hendrik Arend Pool (1846-1920), aanvankelijk officier van administratie 3e kl. bij de Kon. Marine, later fabrikant van verduurzaamde levensmiddelen te Amsterdam. |
| |
| |
Hamminck Schepel, Johan Albrecht -: geb. 's-Gravenhage 15 maart 1842, overl. Zutphen 11 augustus 1901. Broer van Mimi; roepnaam mogelijk John. Was achtereenvolgens (vanaf 1857) adelborst 3e kl, leraar in de V.S. van N.-Amerika, klerk bij het agentschap van de Nederl. Handel-Maatschappij te Yokohama, leraar te Kagoshima en leraar aan het Athénée Royal te Mons. |
Hamminck Schepel, Johannes Martinus -: geb. 's-Gravenhage 9 november 1846, overl. Soerabaja 25 december 1873. Broer van Mimi; roepnaam mogelijk John. Sergeant bij het O.I.L. |
Hamminck Schepel, Maria Frederika Cornelia -: geb. Venlo 14 december 1839, overl. 's-Gravenhage 25 september 1930. Sinds 1862 vriendin van Eduard Douwes Dekker, en sinds 1 april 1875 zijn tweede vrouw. Steeds Mimi genoemd. - (X) |
Hardenberg Hermanus -: geb. 's-Gravenhage 5 april 1800, overl. Amsterdam 23 juni 1866. Logementhouder van het Bible Hotel in de Warmoesstraat I.563 (thans 144) te Amsterdam. |
Helden, Christiaan van -: geb. Amsterdam 27 oktober 1839, overl. 's-Gravenhage 13 maart 1900. Boekhandelaar en uitgever, omstr. 1870 gevestigd in de Warmoesstraat te Amsterdam. |
Hoëvell, Ds. Wolter Robert baron van -: geb. Deventer 15 juli 1812, overl. 's-Gravenhage 10 februari 1879. Aanvankelijk predikant te Batavia (1836-1848). Lid van de Tweede Kamer (1849-1862) en vervolgens van de Raad van State. Hervormer op koloniaal gebied. |
Hotz, Albert Paulus Hermanus -: geb. Rotterdam 22 januari 1855, overl. Cologny, kanton Genève, 11 april 1930. Zn. van Jacques Cornelus Paulus Hotz (1834-1875) en Geertruida Johanna Amalia Pino Post (1834-1912). Directeur van de te Londen gevestigde handelsvereniging J.C.P. Hotz & Son (met een filiaal te Rotterdam). Later Nederlands consulair ambtenaar te Beyrouth. |
Hotz, Jacques Cornelus Paulus -: geb. 's-Gravenhage 15 september 1834, overl. Rotterdam 29 mei 1875. Fabrikant en koopman. Consul-generaal van Honduras. Huwde 's-Gravenhage 7 februari 1854 met G.J.A. Pino Post (1834-1912). Aan hem schreef Multatuli de uitvoerige brief, welke als Idee 451 in druk verscheen. - Zie verder: J. Kortenhorst, Multatuli en Hotz (Geschriften van het Multatuli-Genootschap VIII; 1966). |
Huisman, Hendrik Hendricus -: geb. Amsterdam 13 maart 1821, overl. ald. 6 februari 1873. Godsdienstonderwijzer bij de Nederlands
|
| |
| |
Hervormde Kerk. Hoewel door een zwakke gezondheid en een lichamelijk gebrek (hij had een hoge rug) op dit beroep aangewezen, kon hij zijn ondogmatische overtuiging niet loochenen; in 1854 nam hij afscheid met een ‘Adres’ aan de Amsterdamse kerkeraad. Hij poogde als boekhandelaar aan de kost te komen en kreeg omstreeks 1860 van bevriende zijde een liniëermachine met knecht tot zijn beschikking, maar hij kon nauwelijks werk vinden. In 1858, bij het bezoek van Johannes Ronge in Nederland, was hij enige tijd sekretaris van de eerste ‘Vrije Godsdienstige Gemeente’ in ons land. Hij was lid, later sekretaris van ‘De Dageraad’, sprak zich in 1863 voor het materialisme uit, werd op 25 juni 1865 voorzitter, en bleef dit tot aan zijn dood. Begin 1867 oordeelde Huisman dat ‘De Dageraad’ ook in het belang van de handwerksman kon optreden, maar dat deze daartoe eerst van het geloof moest worden losgemaakt. In augustus van dat jaar stond hij aan het hoofd van een afvaardiging van ‘De Dageraad’ naar de algemene vergadering van de Maatschappij tot nut van den Javaan in Arnhem. In 1869 speelde hij een rol in de arbeidersbeweging (de ‘Eerste Internationale’ in Nederland). Enkele van zijn pseudoniemen, o.a. in het tijdschrift ‘De Dageraad’, zijn: Timotheus (vgl. Idee 482), Esopus, 3 × 3, Philoverax. |
Over deze bescheiden, maar zeker niet onbelangrijke figuur in de geschiedenis van vrijdenkerij en socialisme bestaat nog geen wetenschappelijke studie. |
John: zie Hamminck Schepel, Johan Albrecht, of Johannes M. |
Kallenberg van den Bosch, Jan Anthonie Reyer -: geb. 's-Gravenhage 8 december 1822, overl. Teteringen (N. Br.) 11 januari 1892. Aanvankelijk officier bij de genie, later rentmeester van de goederen van prins Frederik der Nederlanden (1779-1881). - (X) |
Kerkhoven, Johannes -: geb. Amsterdam 15 oktober 1783, overl. Twelloo (h. Hunderen), 2 juni 1859. Oprichter van het Effectenen Bankierskantoor Kerkhoven en Co. te Amsterdam. Lid van de Provinciale Staten van Gelderland. Stichter van de Joh. Kerkhoven-polder (Groningen). Huwde Nijmegen 2 mei 1817 met Anna Jacoba van der Hucht (1795-1856), een nicht van Tine's vader. (IX) |
Kerkhoven, Theodorus, Johannes -: geb. Amsterdam 2 februari 1789, overl. ald. 18 juni 1857. Commissionair in effecten, daarna directeur-secretaris van de Ned. Scheepsrederij te Amsterdam. Huwde
|
| |
| |
Nijmegen 2 mei 1817 met Clara Henriëtte van der Hucht (1800-1888), een nicht van Tine's vader. - (IX) |
Kettman, Lambertus Antonius Johannes -: geb. Westervoort (Gld.) 11 juli 1830, overl. 1898. Toneelspeler. Was lid van De Dageraad en ontwikkelde zich, blijkens daar gehouden voordrachten, in socialistische zin. |
Knobel, Fridolin -: geb. Luchsingen (Zwitserland) 25 december 1807, overl. Amsterdam 19 oktober 1871. Banketbakker in de Kalverstraat D.126 (thans 182) te Amsterdam. |
Koning, David -: geb. Rotterdam 20 maart 1820, overl. Amsterdam 6 oktober 1876. Muziekonderwijzer en componist. Edu logeerde bij hem in de jaren 1865-1866. Zie: J. Kortenhorst, Multatuli en David Koning (Jako Pers 1968). |
Kröber de Roever, Willem Johannes -: geb. Amsterdam 11 september 1811, overl. ald. 13 september 1881. Boekdrukker op de N.Z. Voorburgwal F.113 (thans 290) te Amsterdam. |
Laan, Willem -: geb. Schagen 8 juli 1831, overl. Amsterdam 20 mei 1901. Onderwijzer in laatstgenoemde plaats. Huwde 3 mei 1860 met Adriana Sophia de Graaff (1833-1871), een zuster van Multatuli's vriendin Charlotta de Graaff. |
Laçhmé: pseud. van Ramaer, Anthon Gerhard Wilhelm; zie aldaar. |
Lacomblé, Antoine Eugène -: geb. Brussel 5 maart 1828, overl. Arnhem 17 november 1905. Beeldhouwer. Vestigde zich in 1855 in Den Haag. Vervaardigde o.a. een buste van Leopold II van België, en de ‘Muze’ op het graf van Tollens. Werd in 1859 leraar (later, tot 1899, hoofdleraar) aan de Academie van Beeldende Kunsten te 's-Gravenhage en in 1865 leraar aan de Polytechnische School te Delft, uit welke functie hij in 1900, wegens ziekte, eervol ontslagen werd. |
Langiewicz, Maryan -: geb. Krotoschin 5 augustus 1827, overl. Constantinopel 11 mei 1887. Nam in 1860 deel aan Garibaldi's expeditie naar Sicilië Was in 1863 leider van de Poolse opstand, riep zich op 10 maart uit tot dictator, maar moest na de nederlaag bij Grochowisk, 21 maart, naar Oostenrijk uitwijken; in 1865 vestigde hij zich in Zwitserland; later trad hij in Turkse dienst. |
Laurillard, Ds. Eliza -: geb. Rotterdam 26 maart 1830, overl. Santpoort 10 juli 1908. Was ongeveer een halve eeuw predikant, waarvan tweeënveertig jaren te Amsterdam. Dichtte gemakkelijk lees- |
| |
| |
bare verzen, uiteraard niet zelden godsdienstig van strekking. Hij was medewerker aan ‘De Navorscher’ en redacteur van het tijdschrift ‘Bato’, alsmede van het ‘Jaarboekje voor Nederl. Mettray’. |
Lennep, Mr. Jacob van -: geb. Amsterdam 24 maart 1802, overl. Oosterbeek 25 augustus 1868. Romanschrijver. Rijksadvocaat en conservatief Kamerlid. In 1860 gaf hij samen met de boekhandelaar De Ruyter de eerste editie van ‘Max Havelaar’ uit. |
Le Play, Pierre Guillaume Frédéric -: geb. La Rivière bij Honfleur 1806, overl. Parijs 1882. Frans ingenieur en staathuishoudkundige. Hij verkreeg grote bekendheid door zijn verhandelingen over arbeidersgezinnen, waarvan hij er zesendertig bundelde in zijn ‘Les ouvriers européens’ (1855). |
Lespinasse, Dr. Adolph Frederik Henri de -: geb. Delft 14 mei 1819, overl. Orange-City (Iowa) 26 maart 1881. Was gemeentearts achtereenvolgens te Voorst, Epe (Vaassen) en Hasselt. Hield zich ook bezig met letterkundige arbeid. In 1870 emigreerde hij naar Orange-City, alwaar hij een boerderij bestuurde, doch tevens geneesheer was. Grondlegger van een geneeskundige school voor Nederlandse Amerikanen. |
Lindo, Dr. Mark Prager -: geb. Londen 19 februari 1819, overl. 's-Gravenhage 9 maart 1877. Vanaf 1842 tot 1853 docent in de Engelse taal aan het gymnasium te Arnhem en vervolgens tot 1865 leraar in de moderne talen aan de Koninklijke Academie te Breda. Daarna inspecteur van het lager onderwijs te 's-Gravenhage. Als schrijver, onder het pseudoniem De Oude Heer Smits, werkte hij mee aan De Ned. Spectator. |
Lion, Izaak Jacob -: geb. Amersfoort 17 december 1821, overl. 's-Gravenhage 27 augustus 1873. Vanaf het begin van de jaren zestig tot aan zijn overlijden, hoofdredacteur van ‘Het Dagblad van Zuid-Holland en 's-Gravenhage’, het orgaan van de conservatieve partij in de residentie. Overigens schijnt hij als journalist geen toonbeeld van betrouwbaarheid te zijn geweest. (III en V) |
Lobo, Mordechay Jessurun -: geb. Amsterdam 6 juni 1826, overl. ald. 22 maart 1899. Woonde van 1860 tot aan zijn overlijden Botermarkt X 83 (nu Rembrandtsplein 6), waar hij, zoals een aantekening in het Bevolkingsregister van Amsterdam luidt, het beroep van ‘koopman, eerder boekverkoper’ uitoefende. Was lid van
|
| |
| |
De Dageraad. Multatuli betrok bij hem een kamer in augustus 1860, maar vertrok na ongeveer drie maanden, naar Brussel. Zie: Henri A. Ett, Multatuli bij Lobo (‘De Nieuwe Stem’, oktober 1960, jrg. 15, blz. 593-604).-(X) |
Lodeesen, Ds. David -: geb. Amsterdam 24 april 1829, overl. Zutphen 2 mei 1908. Doopsgezind leraar, achtereenvolgens te Broek-op-Langendijk en Hindelopen. Daarna werkzaam bij de Doopsgezinde bibliotheek te Amsterdam. Voorts steenbakker te Enschede en tenslotte wederom Doopsgezind leraar, laatstelijk te Emmerik. Hij is met Multatuli wschl. in contact gekomen door zijn zwager J.R. Raedt van Oldenbarnevelt (1825-1887), weduwnaar van Johanna Martha Lodeesen (1822-1859). |
Loudon, Jhr. mr. James -: geb. 's-Gravenhage 8 juni 1824, overl. ald. 31 mei 1900. Minister van Koloniën (1861-1862), commissaris des Konings in de provincie Zuid-Holland (1862-1872) en gouverneur-generaal van Nederlands-Indië (1872-1875). (II, VI en X) |
Meslier, Jean -: geb. 1664; pastoor van de dorpen Etrépigny en Balaives in de Franse Ardennen. Liet bij zijn dood (1729) drie exemplaren van een omvangrijk handschrift na, waarin hij, naast principiële geloofskritiek, blijk geeft van een konsekwent aangehangen materialisme en agrarisch kommunisme. Voltaire publiceerde vanaf 1762 talrijke edities van een beknopt uittreksel uit een van de manuscripten. Hij bedacht de titel ‘Testament de Jean Meslier’ en voegde aan het slot een zuiver deïstische geloofsbelijdenis toe. Als eerste maakte R.C. d'Ablaing van Giessenburg in 1860-'64 de volledige tekst van het ‘Testament’ bekend door een publikatie in afleveringen. (Amsterdam 1864, 3 delen) |
Meijer, R.C.: zie d'Ablaing van Giessenburg, Rudolf Charles. |
Mimi: zie Hamminck Schepel, Maria Frederika Cornelia. |
Mitkiewicz, Cesar Leonard Nicolas -: geb. Varsovic (Polen) 5 augustus 1836. Fotograaf. Vestigde zich 16 december 1867 te Brussel. Op 6 juni 1877 ambtelijk afgeschreven; latere verblijfplaats en datum van overlijden onbekend. |
Montezuma II -: vorst van het Mexicaanse Azteken-rijk, door Fernando Cortez overwonnen. In 1520 door zijn eigen volk vermoord om zijn toegeeflijke houding jegens de Spanjaarden. (III) |
Muurling, Prof. dr. Willem -: geb. Bolsward 27 april 1805, overl. 's-Gravenhage 9 december 1882. In 1832 beroepen als predikant te
|
| |
| |
Stiens, vijf jaar later benoemd tot hoogleraar in de godgeleerdheid te Franeker en in 1840, in dezelfde functie, te Groningen. Voorstander van de moderne richting in de theologie. (II, III en VI) |
Mijer, Mr. Pieter -: geb. Batavia 3 juni 1812, overl. Scheveningen 6 februari 1881. Vestigde zich in 1833 als advocaat in Ned.-Indië. Tussen 1837 en 1851 bekleedde hij verschillende functies bij de rechterlijke macht ald. Van 1851 tot 1855 Raad van Indië. Na een verblijf van tweeëntwintig jaar in Indië, ging hij met verlof naar Europa. Was in 1856, gedurende enkele maanden, minister van koloniën. Van 1860 tot 1866 lid van de Tweede Kamer. Op 30 mei 1866 wederom minister van koloniën, maar nam reeds op 15 september van datzelfde jaar ontslag, om drie dagen later benoemd te worden tot gouverneur-generaal van Ned.-Indië. Trad in 1872 af en keerde terug naar Nederland. - (V) |
Mijnhardt, Hermanus -: geb. 's-Gravenhage 28 mei 1811, overl. Amsterdam 16 augustus 1879. Logement- en koffiehuishouder. Vestigde zich 7 mei 1852, komende uit Nijmegen, te Amsterdam, alwaar hij achtereenvolgens gedomicilieerd was op de adressen Kalverstraat 8, Kalverstraat 15 en Herengracht 24. |
Neubronner van der Tuuk, Dr. Hermannus -: geb. Malakka 23 februari 1824, overl. Soerabaja 17 augustus 1894. Nederlands oriëntalist. - (III) |
Nonni: zie Douwes Dekker, Elisabeth Agnes Everdine. |
Nijgh, Henricus -: geb. Rotterdam 14 oktober 1815, overl. ald. 24 april 1895. Oprichter en uitgever van de ‘Nieuwe Rotterdamsche Courant’. - (X) |
Nijhoff, Paulus -: geb. Arnhem 9 augustus 1821, overl. ald. 29 november 1867. Boekhandelaar in genoemde stad, en evenals zijn vader, mr. Isaäc Anne, geschiedvorser. |
Oosterzee, Prof. dr. Johannes Jacobus van -: geb. Rotterdam 1 april 1817, overl. Wiesbaden 29 juli 1882. Na predikant geweest te zijn te Eemnes, Alkmaar en Rotterdam, was hij vanaf 1863 tot aan zijn overlijden hoogleraar in de theologie te Utrecht. Een van de bekendste kanselredenaars van zijn tijd. - (II, III en VII) |
Opzoomer, Prof. dr. Cornelis Willem -: geb. Rotterdam 20 september 1821, overl. Oosterbeek 23 augustus 1892. Werd in 1846 hoogleraar in de wijsbegeerte te Utrecht. Voorstander van de moderne theologie. - (V) |
| |
| |
Peters, Anthonie -: geb. Amsterdam 21 juni 1812, overl. Delft 8 juli 1872 (ten huize van de geneesheer-directeur van het krankzinnigengesticht ‘Het St. Joris-Gasthuis’ ald.). Toneel-directeur. (X) |
Pierson, Prof. dr. Allard -: geb. Amsterdam 8 april 1831, overl. op Velhorst bij Zutphen 27 mei 1896. Studeerde theologie te Utrecht, waar hij een volgeling van Opzoomer werd. Tussen 1857 en 1865 Waals predikant te Rotterdam, waarna hij uit de Hervormde Kerk trad. Werd in 1869 privaat-docent, een jaar later buitengewoon hoogleraar te Heidelberg. Keerde in 1874 naar Nederland terug. Drie jaar later volgde zijn benoeming tot hoogleraar in de aesthetica, kunstgeschiedenis en nieuwe letteren aan de universiteit van Amsterdam. Auteur van talrijke, zowel theologische en wijsgerige als geschiedkundige en litteraire werken. |
Pino Post, Francisca -: geb. 's-Gravenhage 2 november 1841, overl. Amsterdam 19 december 1903, zuster van G.J.A. Hotz-Pino Post (1834-1912). Was gehuwd met Alexander Ferdinand Faassen (1839-1931), toneelspeler. |
Pino Post, Geertruida Johanna Amalia -: geb. 's-Gravenhage 10 september 1834, overl. Rotterdam 24 augustus 1912. Huwde 's-Gravenhage 7 februari 1854 met J.C.P. Hotz (1834-1875). |
Poolman, Willem -: geb. Amsterdam 4 september 1810, overl. 's-Gravenhage 7 juli 1873. Was 1854-59 te Batavia president van de Factorij der Ned. Handel-Mij. Vestigde zich, met zijn drie dochters op 20 juli 1859 te Gouda. - Was eind '59 kandidaat van de conservatieve kiesvereniging ‘Amsterdam’ en in '60 korte tijd kamerlid. Poolman had in 1860 zelf aandeel in een suikercontract (res. Kediri) en vroeg in '61 concessie voor de spoorlijn Semarang-Djokjakarta, welke concessie hem, tegen het advies van Stieltjes, op 28 augustus 1862 verleend werd. Van dec. '62 af woonde hij te 's-Gravenhage. - (X) |
Potgieter, Everhardus Johannes -: geb. Zwolle 27 juni 1808, overl. Amsterdam 2 februari 1875. Dichter, criticus, prozaïst en makelaar. Werd na het faillissement van zijn vader opgevoed door zijn tantes Van Ulsen te Amsterdam. Verbleef 1827-1830 te Antwerpen waar hij kennis maakte met Jan Frans Willems. Verbleef in opdracht van de fam. Trip van april 1831 tot dec. 1832 in Zweden. Werkte mee aan De Muzen, richtte 1837 De Gids op. Van dit invloedrijke, vaak gevreesde maandblad bleef hij tot jan. 1865 hoofd van de redactie.
|
| |
| |
In de zg. Gidscrisis, wegens een paar geruchtmakende artikelen van de redacteur Busken Huet, koos Potgieter de zijde van Huet; zij traden beiden af. Als agent van buitenlandse huizen in Amsterdam wist hij fortuin te maken. Met Multatuli's persoon en werk was hij maar matig ingenomen; niettemin heeft hij Tine en de kinderen bij herhaling financieel gesteund. |
Potvin, Charles -: geb. Bergen (Henegouwen) 2 december 1818, overl. Brussel 2 maart 1902. Belgisch letterkundige. Hoogleraar te Brussel en sedert 1883 conservator van het museum Wiertz aldaar. - (III) |
Pruimers, Johanna Theodora-, geb. baronesse Van Dedem -: geb. ‘Huis den Berg’ onder Dalfsen (O.), 15 september 1835, overl. St. Leonards on Sea (Engeland) 8 maart 1911. In 1863 één der hoofdpersonen in een opzienbarende rechtszaak te Zwolle, waarbij haar als weduwe de voogdij over haar dochtertje Margaretha Daniella (geb. 1858) ontzegd werd op grond van de beschuldiging dat zij uit een buitenechtelijke relatie met ds. Johannes Gerrit van Rijn (geb. 1825) een tweede kind ter wereld had gebracht. Zie: Henri A. Ett, ‘Holland in rep en roer’, Amsterdam z.j., blz. 1-35. - (III) |
Quintillianus: pseud. van Braunius Oeberius, Nicolaas; zie ald. |
Raedt van Oldenbarnevelt, Johannes Rudolph -: geb. Amsterdam 5 december 1825, overl. 's-Gravenhage 14 december 1877. Koopman te Amsterdam. Behoorde tot de vriendenkring van Multatuli. |
Ramaer, Anthon Gerhard Wilhelm -: geb. Jever 12 augustus 1812, overl. St. Anna (gem. Nijmegen) 16 februari 1867. Was aanvankelijk officier bij de infanterie, later rijksontvanger. Schrijver op geschiedkundig gebied. Prominent Dageraadsman (pseud. Laçhmé) in de periode 1858-1864. - (II, III en X) |
Reclus, Elie -: geb. St. Foix-la-Grande (Gironde), 10 juni 1827, overl. Brussel 12 februari 1904. Hoogleraar in de etnologie te Brussel. Auteur van ‘Les Primitifs, études d'ethnologie comparée’ (1855). |
Rochussen, Jan Jacob -: geb. Etten 23 oktober 1797, overl. 's-Gravenhage 21 januari 1871. Van 1840 tot 1843 minister van financiën. Daarna gezant te Brussel. Tussen 1845 en 1851 gouverneur-generaal van Ned.-Indië. Minister van koloniën van 1858 tot 1861. |
Roobol, Cornelis Johannes -: geb. 's-Gravenhage 4 januari 1806, overl. Amsterdam 12 mei 1870. Toneelspeler en schouwburg-directeur. (X) |
| |
| |
Roorda van Eysinga, Ds. Sijtze Frederik Willem -: geb. Batavia 3 januari 1827, overl. Scheveningen 15 mei 1897, broer van Multatuli's vriend S.E.W. Roorda van Eysinga. Tot 1868 predikant. Auteur van ‘Multatuli en Spiritisme’ (1891). |
Ruijter, Joost de -: geb. Amsterdam 3 september 1802, overl. ald. 18 mei 1880. Uitgever van de eerste en de tweede druk van ‘Max Havelaar’, mei en november 1860. |
Salvador, Jhr. Mozes -: geb. Amsterdam 26 januari 1813, overl. Bloemendaal 30 oktober 1884. Ritmeester der dragonders. Gemeenteraadslid van Haarlem en lid van de Provinciale Staten van Noord-Holland. Polemisch publicist. - (X) |
Sloet van de Beele, Mr. Ludolf Anne Jan Wilt baron -: geb. Voorst 28 maart 1806, overl. Arnhem 10 december 1890. Sedert 1830 advocaat te Zutphen en vervolgens o.a. griffier der Staten van Gelderland. Van 1861 tot 1866 gouverneur-generaal van Ned.-Indië. Had van 1868 tot 1872 zitting in de Tweede Kamer en werd in 1876 curator, een jaar later president-curator van de Leidse universiteit. Publiceerde een groot aantal geschriften over het oud-vaderlands recht, rechtshistorie en het volksleven, dit laatste speciaal met betrekking tot Gelderland. - (II, V en X) |
Sophia Frederica Mathilda, prinses van Wurtemberg -: geb. Stuttgart 17 juni 1818, overl. 's-Gravenhage 3 juni 1877. Huwde Stuttgart 18 juni 1839 met haar neef Willem, erfprins der Nederlanden) de latere koning Willem III). Koningin Sophia schijnt een letterlievende vrouw te zijn geweest, maar las voorn. Frans; in 1865 liet zij bij de boekhandelaar Nijhoff te 's-Gravenhage informeren, of er zoiets als een tijdschrift ‘De Gids’ bestond, zulks naar aanleiding van Huets artikel ‘Een Avond aan het Hof’. Multatuli heeft in 1863 enig contact met haar gehad. |
Spandaw, Mr. Hajo Albert -: geb. Vries (Dr.) 23 oktober 1777, overl. Groningen 28 oktober 1855. Nederlands dichter en prozaschrijver. Bekleedde verschillende functies bij de rechterlijke macht en was o.a. lid van de Provinciale Staten van Groningen (sedert 1814) en lid van de Dubbele Kamer der Staten-Generaal (1840). Ook als letterkundige had hij, in zijn tijd, een goede naam. |
Spinoza, Benedictus, oorspr. Baruch Despinoza -: geb. Amsterdam 24 november 1632, overl. 's-Gravenhage 21 februari 1677. Wereldberoemd Nederlands wijsgeer van Portugees-Joodse afkomst, au- |
| |
| |
teur van de ‘Ethica’ (1677), een ondogmatische zedekunde in strak-mathematische betoogtrant. - (III en V) |
Stieltjes, Dr. Thomas Joannes -: geb. Leuven 19 mei 1819, overl. Rotterdam 23 juni 1878. Officier bij de artillerie. Verliet in 1849 de dienst met oneervol ontslag ‘omdat hij inlichtingen aangaande den inhoud van den eed had gevraagd, die de officieren bij de troonsbestijging van Willem III hadden af te leggen’. Studeerde voor ingenieur. Werd in 1860 benoemd tot ‘adviseur van technische zaken bij het Ministerie van Koloniën’ en hem werd opgedragen ‘een onderzoek in te stellen betreffende den aanleg van spoorwegen op Java’, waarheen hij in hetzelfde jaar vertrok. In 1863 wederom oneervol ontslagen, nu ‘omdat hij een adres indiende aan de Tweede Kamer, waarbij hij onderzoek vroeg naar een te verkenen concessie, die tegen zijn advies in zou gegeven worden’. Een van de aanvragers van deze concessie was W. Poolman. Daarna opdrachten van particuliere zijde, ook in het buitenland. Lid van de Tweede kamer in 1866-1867 en 1869-1878. Doctor honoris causa van de Leidse universiteit in 1874. - (III, IV, V en X) |
Swieten, Jan van -: geb. Mainz 28 mei 1807, overl. 's-Gravenhage 9 september 1888. Nederlands krijgsman en militair publicist. - (I, II en X) |
Thieme, Derk Anthonie -: geb. Nijmegen 8 januari 1830, overl. Velp 11 juni 1879. Uitgever te Arnhem. Oprichter-uitgever van ‘Het Vaderland’ te 's-Gravenhage. - (X) |
Tine: zie Wijnbergen, Everdina Huberta baronesse van. |
Tjasink, Johannes -: geb. Amsterdam 20 juli 1809, overl. Haarlem 27 oktober 1879. Toneelspeler en theaterdirecteur. - (X) |
Valk, Theodorus August Ferdinand van der -: geb. Grave 2 september 1828, overl. Batavia 3 augustus 1874. Zendeling in N.O.I. Tijdens zijn verlof in Nederland, 1865-'66, werd hij docent Javaans en Maleis aan de Indische Instelling te Delft. Naar Java teruggekeerd, was hij leraar aan het gymnasium Willem III te Batavia. |
Veth, Prof. dr. Pieter Johannes -: geb. Dordrecht 2 december 1814, overl. Arnhem 14 april 1895. Nederlands oriëntalist. - (X) |
Vloten, Prof. dr. Johannes van -: geb. Kampen 18 januari 1818, overl. Haarlem 21 september 1883. Studeerde theologie te Leiden, waar hij promoveerde in 1843. Werd hoogleraar in het Nederlands aan het Athenaeum te Deventer. In 1875 keerde hij zich tegen Multa- |
| |
| |
tuli met zijn geschrift ‘Onkruid onder de tarwe’. Was medewerker aan het tijdschrift ‘De Dageraad’. Gaf samen met dr. J.P.N. Land (1834-1897) de ‘Werken’ van Spinoza uit. |
Volck, Maria -: geb. 's-Gravenhage 2 mei 1815, overl. ald. 9 juni 1863. Moeder van Mimi: was Amsterdam 20 juli 1838 gehuwd met Johannes Christiaan Pieter Hamminck Schepel (1808-1870), officier bij de infanterie. |
Vries, Dr. Hendrik de -: geb. Amsterdam 8 februari 1839, overl. ald. 30 januari 1907. Medicus. Vriend van Multatuli. Schreef in het tijdschrift ‘De Dageraad’ (1886-1887, dl. II, blz. 206) het artikel ‘Aan de nagedachtenis van E. Douwes Dekker’. |
Wijnbergen, Everdina Huberta baronesse van -: geb. Antwerpen 26 september 1819, overl. Venetië 13 september 1874. Huwde Tjandjoer 10 april 1846 met Eduard Douwes Dekker (1820-1887). Aanvankelijk Everdine of Eefje, na 1860 vrijwel steeds Tine genoemd. - (I, VIII en IX) |
Wijnstok, Nicolaas Arnoldus -: geb. Amsterdam 28 december 1830, overl. 's-Gravenhage 22 juli 1878. Tapper en toneelspeler. |
IJsveld, Bernardus -: geb. Doornenburg 27 april 1798, overl. Delft 7 oktober 1880. Vertrok 4 mei 1874 naar laatstgenoemde plaats. Eigenaar van het ‘Hotel der Nederlanden’ (sedert 1874 ‘Hotel des Pays-Bas’), Bocht van Guinea (thans Huygenspark) nr. 17 te 's-Gravenhage. |
Zaalberg, Ds. Johannes Cornelis -: geb. Nieuw Beijerland 18 maart 1828, overl. op de terugreis van Paramaribo naar Nederland, 12 april 1885. Hij was achtereenvolgens predikant te Hendrik-Ido-Ambacht, Deventer, 's-Gravenhage en Paramaribo. Was als theoloog de ‘moderne’ richting toegedaan. Schreef o.a. ‘De godsdienst van Jezus en de moderne richting’ (1864). -(III, IV en X) |
|
|