[15 juli 1866
Brief van Multatuli aan Huet]
15 juli 1866
Brief van Multatuli aan Cd. Busken Huet. Dubbel velletje postpapier, tot het midden van blz. 2 beschreven. (M.M.)
Coblenz 15 Juli 1866
Waarde Heer Huet! Ik ben wat onwel geweest (il y avait de quoi, ik had bitter verdriet - maar soit!) en daarom antwoordde ik niet eer op uw brief van den 9n. Door allerlei oorzaken zat ik in groote ongerustheid over mijn vrouw en kinderen. Nu krijg ik een brief, ze zijn wel, en myn vrouw hoopt op veel goeds.
Nu schryf ik u in antwoord op uw welwillend voorstel dat ik U zeer gaarne - neen, dat is niet juist niet zeer gaarne maar toch niet ongaarne brieven van den rijn zal zenden dat heet aan den haarlemmer. Maar eilieve, zend my wat voorschot, want ik moet me een beetje loisir koopen. Ja, als de Directie der Ct het durft te wagen zend my de heele f 50. Ik heb er waarachtig niet te veel aan om eens een dag of acht rust te koopen, en goed papier, en schoenen, en entree in 't Koffihuis het Coblenzer forum waar de publieke zaak gedebatteerd wordt. Ik was tot zooeven toe zeer terneergeslagen. Een brief van myn vrouw heeft me opgewekt en ik zal kunnen leveren, maar maak my vlot. t Is nodig. Morgen met deze post ontvangt de Directie van den Haarlemmer 't eerste pakketje. Ik zal 't zoo goed maken als ik kan
Vriendelyk gegroet van
t.a.v.
Douwes Dekker