[7 april 1866
Brief van De Geyter aan d'Ablaing]
7 april 1866
Brief van J. de Geyteraan R.C. d'Ablaing van Giessenburg. Dubbel velletje postpapier, tot onderaan blz. 2 beschreven en als vouwbrief verzonden. Op blz. 4 het adres: Den Heere R.C. Meyer, Kalverstraat, 246, Amsterdam. (U.B. Amsterdam; fotokopie M.M.)
Antwerpen, 7n April 1866.
Waarde Heer d'Ablaing,
Ik heb uwen brief aan den heer Scheefhals, boekhandelaar hier ter stede, laten afgeven, en die heer heeft mij verzocht, U met mijn antwoord het inliggend briefje te willen overmaken.
Ik kan U den heer Scheefhals in gemoede aanbevelen als een solied boekhandelaar. Zoo, ten minste, komt hij mij voor, sedert zijn aankomen alhier, en dat ook denken andere menschen over hem.
Zijn briefje heb ik gelezen; het schijnt mij echter dat er voor U en hem meer te winnen zijn zou bij het aanplakken eener affiche op onderscheidene plaatsen en eenige kleine kosten van dagbladannoncen, dan met het enkel te koop leggen van Multatuli's werken, zonder de minste kosten.
Maar ook dit laatste ware al veel. Misschien weten wij hier meer over