Volledige werken. Deel 11. Brieven en dokumenten uit de jaren 1862-1866
(1977)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 357]
| |
heb ik de eer U door dezen mede te deelen, hetgeen trouwens van algemeene bekendheid is, namelijk dat de Heer E.D. Dekker niets bezit en niet weet of hij ooit weder iets bezitten zal, dus dat hij niets geven of beloven kan. Wetende dat hij niets vuriger wenscht dan de middelen te vinden om zich en de zijnen te onderhouden, en zoo mogelijk in staat te geraken al zijne schulden af te doen, heb ik mij tot taak gesteld hem behulpzaam te zijn in zijn streven tot bereiking van zijn doel, en mij dus in de eerste plaats belast met het voeren van alle correspondenten als de onderhavige, die, wanneer zij niet door eenen vriend worden overgenomen - daartoe ten volle met zijn vertrouwen vereerd - eenen hoogstnadeeligen invloed kunnen ja moeten uitoefenen op de stemming van den geadresseerde en bijgevolg eene hinderpaal te meer worden tot de bereiking van zijn doel en daarmede verbonden de bevordering der belangen van den adressant. Ik ben bereid in het belang zoo wel van crediteur als van debiteur verder met u te conferéren, en heb de eer mij na beleefde groete te noemen UEDwDr. R.C. d'Ablaing van Giessenburg (firma R.C. Meijer) |
|