[22 mei 1864
Brief van Multatuli aan Mimi]
* 22 mei 1864
Brief van Multatuli aan Mimi. Afschrift-Mimi, folio 4-5. (M.M.)
Zwol, zondag 22 Mei 64.
...Maar ik verzuim je over Zwol en Mevr. Pruimers te schryven. Hoor, alles hangt zamen. Maar van alles was 't eerste: geld. Daartoe moest ik lezen. En in myn spanning had ik niets te zeggen. Daar lag nog gedrukt die halve brief aan Mevr. P. Maar, sedert dien tyd was er veel veranderd (sedert 4 Oktober). Ik schreef meenende dat zy in deze positie was: - ik heb 'n onecht kind, goed, maar daarom geef ik myn echt kind niet uithanden. Ik zal jelui toonen dat men een onecht kind kan hebben en toch moeder zyn, en een goeie moeder.’
Maar zie, sedert dien tyd las ik haar verdediging. Ze zegt dat ze nooit een onecht kind gehad heeft en roept er god by. Haar these is niet: ‘ik ben niet slecht al heb ik 'n onecht kind.’ Ze zegt: ik ben niet slecht, want ik ben niet bevallen.’
Primo liegt ze nu brutaal. 2o Uit de in geheimschrift (maar makkelyk ontcyferde) brieven van haar en van Ryn blykt dat ze een huichelachtig canaille is. Ze heeft haar onecht kind van de hand gezet voor 5500 frank aan 'n metselaarsknecht en wou 't nooit weerzien. 3o De heele correspondentie is plat. Zy vergreep zich niet aan de zeden omdat ze er boven staat, maar zy staat er beneden. Kortom de heele zaak is gemeen. En van Ryn is een schurk. Hy heeft haar willen bewegen 't kind te dry ven! Hy schreef haar: ‘zeg by de verlossing aan den accoucheur dat er niet aan 't leven van 't kind gehecht wordt!’ Er is gebleken dat hy haar geld wou hebben (invloed op 'n testament etc.) Kortom, ik die in Oktober de zaak opvatte als een hoogstaan, moet erkennen dat de heele historie gemeen en laag is.
Dit alles ahnde ik al, maar hier in Zwol kreeg ik er de overtuiging van. In Amsterdam toen ik geld maken moest en dus lezen, en niets te zeggen had om te lezen, rees de vraag: hoe kan je 't reeds gedrukte gebruiken, erkennen dat je je bedroog, en toch niet sluiten met een al te bezwarend vonnis tegen haar? - In zekeren zin is ze nog ongelukkiger. Zeker! Ik dacht dat ze martelaar was... welnu, ze is maar een gemeen schepsel. Ze heeft niet eens een gebroken hart. Welnu,