[23 maart 1846
Brief van Dekker aan Tine]
23 maart 1846
Brief van Dekker aan Tine. Klein enkel velletje, aan éen zijde beschreven. (M.M.) Perjei: inlandse bediende.
P.w.k. 23 Maart 1846.
Maandag morgen, 8 uur.
Lieve bruid! Volgens belofte in haast dit weinige om U te berigten dat wij behouden zijn aangekomen, hoewel wij eerst gisteren avond te 10 uur ruim, P.w.k. bereikt hebben. De weg was vreesselijk slecht, en ik moet erkennen dat wij blijde waren toen de reis uit was.
Lieve engel, wil je haast maken met de brief voor Holland? - Als gij gereed zijt, wacht dan niet op een postdag - Denk dat ik er nog moet bijschrijven en dat het dan nog vóór den laatsten der maand op Batavia moet wezen - Vergeet niet mij dan tevens den brief uit Holland terugtezenden.-
Ik wil den perjei niet ophouden - Gij behoeft hem niets te betalen - het is een teruggaande man, - dezelfde die ik van dáár met den brief van Rutering naar hier had gezonden - Die brief is tijdig gekomen, en de afkondiging is gisteren geschied. Adieu mijn beste lieve. Overmorgen schrijf ik met de post.-
Uw Ed.