[28 november 1843
Missive van Van der Ven aan Diepenhorst inzake dokumenten]
* 28 november 1843
Missive van Assistent-Resident Van der Ven aan Diepenhorst inzake dokumenten. (Bescheiden 1910, blz. 226)
De geldkamer was in het fort; voorts hield Dekker, zoals bij Indische ambtenaren gewoonte was, in een geldkist op zijn bureau een zg. kleine kas.
No. 436.
Aijerbangies den 28 November 1843.
Aan den Controleur 3 klasse te Natal.
De ontvangst erkennende van Uwe missive dd 24 dezer No. 251 heb ik de eer Uedg: te verzoeken, mij met den meesten spoed, des verkiezende over land, te doen geworden
het Kasmemoriaal
het Wisselboek en
de leggers van de afgegeven adviesbrieven
een en ander van af December 1842 tot ultimo Augustus ll of voor zoo veel betreft het tijdperk van de door Uwen voorganger gevoerde administratie.
Mogten er buiten de aangehaalde stukken nog registers of aanteekeningen bestaan die over de administratie van Uwen voorganger als kashouder eenig licht kunnen verspreiden, dan zal het mij aangenaam zijn ook die te mogen ontvangen.
Tevens verzoek ik Uedg zoo mogelijk te onderzoeken in hoeverre het blijkt dat de som van f 2106. koper welke door den Heer Sem bij de venduacceptatie is gepast, werkelijk naar de Geldkamer is gebragt.
De Assistent Resident
A. v.d. Ven.