Volledige werken. Deel 8. Brieven en dokumenten uit de jaren 1820-1846

[28 maart 1839
Akte van toelating in Ned.-Indië]

28 maart 1839

Akte van toelating in Ned. Indië, met akte van eedaflegging. (M.M.)

(Zegel 1 G) No. 1878

(Wapen)

Folio 137

van wege en in naam des konings.

De Gouverneur Generaal van Nederlandsch Indië,

Gezien hebbende het verzoek van Eduard Douwes Dekker, geboren te Amsterdam in Nederland oud Negentien Jaren mitsgaders de daarbij overgelegde stukken, ten blijke dat hij de vereischten bezit om als vast ingezeten te worden toegelaten, vergunt aan denzelven om zich in Nederlandsch Indië, onder de bepalingen der Publicatie van den 10den Januarij 1834, te vestigen, mits afleggende den eed van trouw aan Zijne Majesteit den Koning der Nederlanden, en aan den Gouverneur Generaal van Nederlandsch Indië, en van gehoorzaamheid aan de wetten en reglementen, nu bestaande of nader in te voeren.

Gegeven onder Deszelfs handteekening en zegel te Buitenzorg den 28 Maart des jaars achttien honderd Negen en dertig

de Eerens.

Ter ordonnantie van den Gouverneur Generaal.

De Algemeene Secretaris,

Cornets de Groot

[p. 75]

De ondergeteekende Resident van Batavia certificeert dat E.D. Dekker. - hiervoren genoemd, heden in zijne handen, heeft afgelegd den eed van trouw aan Zijne Majesteit den Koning der Nederlanden, en aan den Gouverneur Generaal van Nederlandsch Indië, en van gehoorzaamheid aan de wetten dezer landen.

Batavia den 26 April 1839

De Resident vnmd

M.H. Halewijn.

Geregistreerd ter Secretarie der Residentie Batavia/Onder 795.-

den 26 April 1839.

De ass. Residt/Secretaris

W. van Riemsdijk.