Ik zou onwaar moeten zyn, om iets anders te leveren dan bitterheid.
Vindt men dit vreemd?
M'n arbeid is de Times van m'n ziel. (34) Meent men dat er vrolykheid kan geoogst worden van den akker die byna uitsluitend met smart bezaaid werd? (324)
Ik ben geen ‘schepper uit niets’ (244) en kan slechts wat vorm geven aan de grondstof die me wordt meegedeeld van buiten af. Klacht over den droefgeestigen toon myner werken zou dus gelyk staan met ontevredenheid over den pottenbakker die geen porseleinen vazen wist te vervaardigen uit pypaard.
Des te verdrietiger valt me zodanige aanmerking, omdat ik waarlyk veel liever... porselein leveren zou! Liefelykheid, zachtheid - welluidendheid in alle betekenissen - was een der illusiën van m'n jeugd. Men heeft niet gedoogd dat ik die richting volgde. Deze domme wreedheid zal wel - gelyk alles! - tevens haar goede zyde hebben. Wie weet of ik niet vervallen ware in 't sentimentele, waarvoor ik nu door den eis om steeds op voet van oorlog te blyven tegenover laaghartigheid, allerongenadigst bewaard bleef.
Maar... maar - de mens is zwak - het spyt me!
Een tweede aan- of opmerking is, dat ik geen voortgang maak met Wouters geschiedenis.
Indien ik by 't begin der historie van dien kleinen jongen 'n roman had aangekondigd, zou deze klacht volkomen gerechtvaardigd zyn. Jonge schryvers die iets wensen te leveren voor leesbibliotheken, worden hartelyk gewaarschuwd tegen 't gebruik van dit stuk als model. Ik raad hun 't vertalen van een-of-ander buitenlands product aan, waarvan ‘zeker geacht tydschrift’ gezegd heeft... enz.
Maar... de Woutergeschiedenis is geen roman, en geen enkel ‘geacht tydschrift’ heeft tot-nog-toe gezegd wat ze dan wél was.
Ikzelf zal dus genoodzaakt zyn dit den lezer mee te delen, en hoop dit dan ook later te doen met woorden van Lamartine die, naar me dezer dagen bleek, zonder iets te weten van m'n nummer 361, met de grootste nauwkeurigheid voorzien heeft - dichterplicht! - wat er geleverd moest worden, of althans wat ik zou trachten te leveren. Dat ik de hier bedoelde woorden nu niet