methode waarop men hem 't weinigje kennis dat-i bezat, had meegedeeld. Al wat men hem leraarde, was steeds in de ogen der sprekers 'n onomstotelyke zaak geweest. Tweemaal twee is... zóveel, Prins die of die is 'n held, brave kinderen komen in den Hemel, God is groot, de Batavieren zyn dapper, 't ware geloof is in de Noorderkerk, enz. enz. Hy wist niet dat er twyfel bestond, en hield dus z'n begeerte om iets meer van de zaken te weten, voor ongepast en zelfs misdadig. Slechts enkele malen had-i even beproefd lucht te geven aan z'n weetgierigheid, maar 't was hem slecht bekomen. Op de catechisatie was z'n rechtsgevoel gestruikeld over die vuile historie van Jakob en Ezau. Byna voelde hy 'n ogenblik den moed iets af te keuren in 't gedrag van den aanstaanden aartsvader, en hy begon reeds met 'n enkel bescheiden woordje... maar de dominee overlaadde hem met verwyten. ‘Zulke vragen pasten geen kind!’ heette het. Wouter moest bedenken dat de Heer van plan was uit Jakobs stam voort te komen, en dat alzo die linzenhistorie volkomen fair play was. ‘Men moest niet verstokt zyn.’ De arme jongen bad dien avond wel 'n uur lang, dat God hem toch niet zo erg verstokken zou. En 't hielp. Het duurde vele jaren voor-i zich weer waagde aan zedekundige analyse van Jakobs handelingen, en van Gods ingenomenheid met dien schurk.
Zo ging 't met alles. Uit vromen afschuw van verstoktheid, berustte hy in al wat men hem zei. Doch daar hy de aldus opgedrongen denkbeelden niet verteren kon, werd z'n ziel daarmee niet gevoed. Hy sprak, ook in z'n binnenste, al de klanken die hem waren voorgepreekt, gelovig na, en verweet zich z'n ontevredenheid als iets ondankbaars, en als 'n overblyfsel van de oude verstoktheid die God zeker niet zo helemaal opeens genezen kon.
Het schynt zonderling dat hy niet dacht aan de mogelykheid van beredeneerden twyfel. Hy wist toch dat duizenden en millioenen mensen veel zaken geheel anders beoordeelden dan z'n moeder en Pennewip, en dat dus de mogelykheid zich kon voordoen, ja zelfs de noodzakelykheid, dat er soms 'n keuze tussen meningen moest gedaan worden. Welnu, hieraan dacht-i niet! Dit was dom, bekrompen en - by Wouter in zeer letterlyken zin nog - kinderachtig, maar 't was zo.