Volledige werken. Deel 4. Een en ander over Pruisen en Nederland. Causerieën. De maatschappij tot nut van den Javaan. Ideeën, derde bundel
(1952)– Multatuli– Auteursrecht onbekend
[pagina 454]
| |
dan 't voor dien regel ontvangen honorarium... wat meer gebeurt. Indien ik professor in de letteren ware - er is weinig kans dat te worden, omdat deze betrekking by voorkeur wordt opgedragen aan personen die in 't vak van letteren niets geleverd hebben - zou ik dat nummer 58 tot uitgangspunt maken van myn kursus. Het behandelen van schryvers als voorbeelden ter navolging, is verkeerd. Natuurlyk... óm de navolging. (51) De theorie van onderwys in letterkunde zou moeten zyn: bestudeer den aard der dingen (632) en tracht oprecht mee te delen wat ge vondt. Vermyd dát, dát en dát. - Let wel dat al die te vermyden fouten aangeleerde hebbelykheden zyn. - Het eenvoudig volgen van den natuurlyken indruk, zou ieder in staat stellen iets goeds te leveren (250, 251, 252) terwyl we, door navolging van anderen hun fouten vergrotende, die nog bovendien met onze eigene vermeerderen. Er blyft dan geen plaats over voor 't oorspronkelyk-goede dat ieder bezit, al bestond dit dan ook slechts in die oorspronkelykheid zelf. |
|