491.
Qui bene distinguit, bene docet. Juist. Wie onderricht geeft, moet scheiden en onderscheiden, om den leerling het geheel te doen vatten by gedeelten.
Maar de wysgeer - óók 'n leerling altoos - die geroepen is tot het verkondigen van algemene slotsommen, moet samenvatten om te begrypen en te oordelen.
Wy beginnen met distinctie, analyse, antithese. Wy behoren te eindigen met synthese en conjunctie.
Als men den loop onzer studie trachtte voor te stellen in zichtbaren vorm, zou die vorm gelyken op platvis. 't Begin en 't einde puntig, en wat breedte in 't midden. De meesten onzer zyn en blyven tussen kop en staart.