186.
Ik heb in veel opzichten eerbied voor Jezus, maar niet voor 't zogenaamd Christendom. Er zyn door Jezus dingen gezegd, die 'k geloof - schoon ik ze niet geloof omdat hy 't zeide - maar in 't Christendom zelf geloof ik niet. Ik ontken 't bestaan van dat Christendom. Ik heb 't nooit ontmoet, nooit waargenomen, en ben overtuigd dat Jezus, op aarde terugkomende, heel verwonderd wezen zou te horen dat men zich naar hem noemde.
Ik heb een neefje die spelfouten maakt, en zich daarom Multatulist noemt. Wat zou m'n aanhang groot wezen, als dat opging.