De geschiedenis van Woutertje Pieterse
(2002)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermdIdeën VIIOver al de rytuigen van ‘papa’ en de hoogheid van 'n elsasser konsul ‘die m'n zwager is.’ Engelsche nottings en onderscheiden windsoorten, uitloopende in 'n lange verhandeling over 't parelduiken. Schetsen uit onwelriekende streken van zekere wereld beneden de oppervlakte der zee, waarby men, o.a. ‘een man als U, m'nheer!’ te aanschouwen krygt. Ook de jongeheer Pompile blyft voortgaan zich te vertoonen in al z'n geurige beminnelykheid van verstand en hart. De auteur houdt 'n schoone verhandeling over den oorsprong van sommige fatsoenlyke voornamen, en kruipt vervolgens tot in de nauwste gaatjes de hoogheid na, van 'n ‘man als u, m'nheer!’ Vita longa, ars brevis. Plebejervreugd over ‘gekochte kost.’ Dekadentie van Herkulanum en Pompeji. Wouter's verdriet over z'n snel begrip. Parafraze van Gerrit op Talleyrand's ‘pas de zèle!’ Kwajongens. Vloermat-meditatiën. Een onhebbelyke barbier en 'n benyd vogeltje. Treffende opmerkingen over vergankelykheid. Champollion. Handel! Onverwachte verandering van 'n geminacht briefje in wichtige dukatons. Onmogelykheid een der verhevenste kenmerken van het ware. De roem der hedendaagsche Batavieren, behoudens bataafsche nederigheid eenigszins gestaafd. Handel, Staathuishoudkunde en Petite Voirie uit den voortyd. Nieuw blyk der verregaande insoliditeit van den auteur die, in-plaats van de beloofde dukatons, den lezer afscheept met ‘oud-roest.’ Een allernietigst geschiedenisje. Na 't bywonen van 'n middagmaal in de open lucht, wordt de lezer onthaald op 'n moeielyken tocht naar de derde verdieping, waar Wouter nog altyd niet vermoord wordt. Over de teleurstelling van den op romantiek verzotten lezer zal de auteur zich weten te troosten. Quo non ascendam? Alweer over 't kleine. Wouter wordt op post gezet voor de zenuwen van‘mevrouw.’ Kent de lezer Gus Halleman nog? Verhandeling over het denken, uitloopende in 'n waarschuwing tegen het leenen van boeken aan den auteur, die ten-slotte fiasco maakt in colloquia prava. 1227 - 1228 - 1229 - 1230 - 1231 Over zekere volksverhuizing die - by groote uitzondering, voorzeker! - inderdaad heeft plaats gehad. Wouter, al lager en lager zakkende, komt eindelyk te-land achter de ‘britschka van Papa.’ Wouter wordt begunstigd met het verlof om diepzinnige gesprekken aantehooren, en voor pedant meespreken bewaard door 'n vereerende zending naar de mangelkamer. Merkwaardige genoegens van het Buitenleven. Treurig uiteinde van 'n romantischen droom over wisselkoers, en van 'n parasol. Wouter gaat de wereld in om zeven gulden dertien te zoeken. Wouter spekuleert allervoordeeligst in ouwe-kleeren. Snelle wisseling in amerikaansche handelsbeweging, waarschynlyk niet zonder invloed op wisselkoers. Nachtgedachten. De terugkomst van den verloren broeder. 1248 - 1249 - 1250 - 1251 - 1253 'n Moordhol vol rammelend gebeente en ander slecht volk. Zullen pater Jansen en Wouter in dit hoofdstuk Haarlem bereiken? Ik geloof het niet, maar de zaak kan meevallen. 1254 - 1260 - 1260a - 1260b - 1260c - 1260d Preekjen over preeken, en hoe Wouter niet aan 't preeken raken kon. Preek van pater Jansen over 'n preek van pastoor Koens, opgeluisterd door 'n preek van hemzelf. Hoe de auteur woord houdt. Wouter en deugdzame lezers worden teleurgesteld door Fancy, die 'n lynch-vonnis kasseert. Ter vergoeding levert ze bijdragen tot de physiologie van zekere nijverheid, en benoemt ze Wouter tot trooster van 'n diep bedroefde moeder. Of Wouter Haarlem bereikt? 1264 - 1270 - 1271 - 1273 - 1273b - 1275 - 1276 - 1277 Oorsprong der vrymetselary. Hoe men 't moet aanleggen om met sommige menschen kennis te maken. Wouter komt niet te Haarlem. |
|