De geschiedenis van Woutertje Pieterse, zoals verschenen in de Ideën:
Eerste deel
Ideën I
-
361
Chronologisch-archaeologisch onderzoek naar den oorsprong dezer geschiedenis, en van den naam der hartenstraat. Over Poëzie in 'n stad wier naam op dam uitgaat. Ongeneeslyke liefde, en vlechten, van valsch haar. De held van deze historie verdedigd tegen 't vermoeden van misdaad. Apothéose van Glorioso. 't Gevaar van den roem, en de veiligheid van 't bovenste plankje. De geduldige Kat van vader Van Alphen, die nooit zooveel geduld noodig had - ik meen de Kat - als de kinderen die z'n versjes moesten leeren - de versjes van Van Alphen, meen ik - en als de martelaars van de ouderlyke ydelheid, die ze moesten aanhooren.
362
Een kort hoofdstuk in vyf deelen. 10 De nederigheid van den schryver, blykende uit de erkentenis zyner onwetendheid omtrent den naam van zekere poort. 20 De invloed van Fransje Halleman op Wouter's heldenziel. 30 Verband tusschen dien invloed en de profetiën van Habakuk. 40 Nog iets over Habakuk,met 'n wenk over de onbegeerlykheid van gedrukte perzikken. 50 Groote menschen bezien door de kleine. Iets over de staart van m'n chinees, en de halskraagjes van 't menschdom.
363
Een italiaansche roover op 'n buitensingel te Amsterdam. Proefje van 't bitter lyden der deugdzame Amalia. Privat en Jouvin met huwelyken en godsdienstige waskaarsen, de palladia der zedelykheid. Bewys van het fatsoen der Hallemannen, waaruit men tevens kan te weten komen hoe eerlykheid ryk maakt. Korte bespiegeling over gebrek aan ruimte.
365
Verloren suikerpotten en zoekgeraakte bybels voor de rechtbank van 't geweten. De onmannelykheid der natie, volgens Siegenbeek en andere moralisten. De verdiensten en de gebreken van Leentje, beschouwd uit 'n menschenvriendelyk oogpunt. Verregaande onkiesheid van de voorprinselyke spelmethode.
367 - 369 - 371 - 375
Kort hoofdstuk zonder Ideen. De hollandsche graven in-verband met de pryzen van 't vleesch, en de ongegronde verdenking van Pennewip's eer. Leentje's onzichtbaar talent om kleeren en zielen te herstellen.
376
Weer 'n hoofdstuk zonder Ideen. Diepzinnige achterhoudendheid van juffrouw Laps. Predikatie van Stoffel. Wouter's standvastige trouw aan Glorioso.Roerende terugblik op Scelerajoso's dood, dien we, om 't gevoel des lezers te sparen, en wegens zeer uitgebreide binnenlandsche betrekkingen, vroeger slechts lieten gissen. Fatsoenlyk sterfgeval van Glorioso. De laatste Koning van Athene. Bedorven magen en verscheurde trommelvliezen, voorgesteld als gevolgen eener eigenaardige stofwisseling.
377
Beschouwingen over de manier om 'n groot man te worden. Twee stokpaardjes. De lezer wordt bedreigd met verzen, en uitgenoodigd tot wat lof over de kunstige wyze waarop de schryver, na tuchteloos dwalen, hem terugbrengt naar Wouter.
378 - 379 - 381
Voorbereiding tot 'n avendje. Rolverdeeling. Stryd tusschen willen en zyn, geopenbaard in 'n kindermymering (daguerreotiep). Moddersloots-droomen, stroohalm-wedvliet, eenden-oorlog en molen-vertellingen, eindigende met 'n luchtreis.
381 - 382 - 383 - 384
Dichtoefeningen, pruikevreugd, pruikeverdriet en pruikewanhoop.
385
Een salieavendje met wysgeerige zysprongen op 't gebied der kunst. Dergelyk uitstapje naar Pompeï, viâ Fontainebleau. Mogelyke promotie van de baker. Vreeselyke gaping in de geleerdheid van den Schryver, die niet eens weet wat Wimpie geantwoord heeft en wie er schelde. Stoffel's zoölogische geestigheid, oorzaak van 'n laatsten punischen oorlog. Pennewip homoeopaath en vredestichter malgré lui. Arme Wouter!
386 - 387 - 388 - 389 - 390 - 391 - 392
Nasleep van den àllerlaatsten punischen oorlog. Nederlaag van Hannibal-Laps door Scipio-Pennewip. Politiek baskule-systeem. Litteratuur van de toekomst. Buitenkansje voor den lezer, die hier allerlei gewichtig nieuws verneemt dat nog gebeuren moet.
393 - 394
Ontwikkeling der oorzaken van den lankwyligen vrede in Europa, waaruit tevens (Alles Is In Alles!) den lezer 't nut blyken kan van de gezette studie der salieavenden. Vervolg en slot der dichtproeven, zeer geschikt voor rederykers en andere knappe versopzeggende kinderen. Arme Wouter... neen, ryke Wouter!
396 - 397
Nauwkeurig bericht omtrent den toestand der hoofdpersonen van deze geschiedenis, na de katastrofe.
398 - 399 - 404
Wat vluchtige karakterstudie, gevolgd door 'n zot sprookje.
405 - 406 - 407 - 408 - 409 - 410 - 411 - 412
Plechtig bezoek van huisdominee, dat anders afloopt dan de scherpzinnigste lezer kan voorzien. Taal, genade, 't huis op den hoek, de gekompromitteerde vrouw uit Babilon, prikkelslangen, napreek met gevoeligheid... arme Wouter!
413
Een treffende vogelhistorie, met 'n wenk over 't nadeel van hoefyzers als voedsel. Doorslaand bewys van Wouter's beterschap, blykbaar uit 'n kerkelyk getuigschrift. Wouter's eerste uitgang. Zyn studie in de liefde. Kongrevische vertelling die dóórbrandt in water.
438 - 439 - 440 - 441 - 442 - 443 - 444 - 445