Brahman. Deel 1(1919)–J.A. Dèr Mouw– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 210] [p. 210] [Een schild, dat ver van zwevend godenland] Een schild, dat ver van zwevend Godenland De ontzetting weert om nacht van Stux en lijden Hangt de aard: cavalcaden van zonlicht rijden Op stille Okeanos tot gouden rand; Om haut-relief van kontinenten spant Geribde zee haar hemel; de getijden Schuiven omhoog, omlaag rondom hun zijden Engsluitend wit van parelmoeren band. Een reeks van filigreinen webben vlecht, Om zilverpunt'ge bergen ingelegd, Zich saam tot grijze, langzaam blauwer draden, Waarover, even zichtbaar tusschen bosch, Schitt'rend op meren, naar de Okeanos Smalle optocht rijdt van gouden cavalcaden. Vorige Volgende