Schagensis, quem locum propter persecutiones debuit deserere, postmodum deservitor ad fluvium Amstelam, obiit 2 Juni. Met dezelfde bewoordingen wordt Wisscher vermeld onder Schagen, doch met verkeerden datum 2 Juli, door Bat. Sacr. II, 433 en Hist. episc. Haarlem., 151. Onder Amsterdam vermeldt Bat. Sac. II, 405, Wisscher niet, wel een Ambrosius Plettenberch, geb. te Embden 1623, katholiek geworden en priester gewijd 15 Mrt. 1654, na zware vervolgingen overleden te Amsterdam 2 Juni 1663. Het onderschrift van zijn portret, een vers van J.M., wordt aldaar afgedrukt. Onder den schuilnaam van Ambr. Joannes Plettenberg volgde Wisscher te Amsterdam pastoor van Ressel, overl. Oct. 1661, op in de statie ‘Achter den Pauwentuin’ of St. Willebrordus buiten de Vest. Hij woonde, toen hij overleed, niet bij zijn statie maar, wellicht uit het oogpunt van veiligheid, ver uit de buurt, op de Nieuwe-Zijds-Voorburg- wal, en werd volgens het begrafenisboek begraven in de Nieuwe Kerk 4 of 7 Juni (Bijdr. Haarl. XVII, 46, 83). Zijn erfgenamen P. Groenevelt en C. Noorman schonken de bibliotheek van Plettenberg (200 boeken) aan zijn opvolger. Het Necr. Haarlem. vermeldt den dood van Plettenberg niet. Hij komt vóór 1661 nergens voor, wel een bewijs, dat hij dezelfde persoon is als J. Mundanus Wisscher. Hieraan heeft men wel getwijfeld; zie opstel in Bijdr. bisdom Haarlem XIII, 151 en vv.; het berustte op een misverstand en werd deel XVII, 173 geheel teruggenomen.
Een geschilderd portret van Plettenberg, oud 40 j., afkomstig van de statie St. Willebrord, berust in den Amstelkring. Zie Muller, Catal. 4233a. Een gegraveerd portret door T. Matham ook zonder naam, niet gecopieerd van de schilderij, is eveneens in den Amstelkring.
Zie: Bijdragen Gesch. bisdom Haarlem II, 298, 300-301; VII, 195; XIII, 151-153; XIV, 138, 268; XVII, 44, 46, 83, 178, 179-180; XIX, 378, A. Rass, Convertiten seit der Reformation XII (1875), 152-154.
Fruytier