[Wilhem, Hieronymus de]
WILHEM (Hieronymus de), geb. omstr. 1720, overl. te Lekkerkerk in 1766. Hij werd doctor in de godgeleerdheid te Leiden, en vertaalde de latijnsche dissertatie van Jacobus Elisa Joannes Capitein (zie dl. IV, kol. 397-399). Zijn werk beleefde in één jaar (1742) vier drukken (zie den volledigen titel: Arch. voor Kerkgesch. XIII (1917), 159, en is door hem opgedragen aan de vrouw van Johan Philip Manger (zie dit deel, kol. 543, en t.a.p., 147, aant. 2 van blz. 146). Toen de negerpredikant Capitein zijn eerste preek had uitgegeven, dichtte Wilhem een ‘Ode gratulatoria’, die is opgenomen in een pamflet, daarna verschenen; evenzoo in een pamflet na diens tweede preek. Eindelijk heeft hij op verzoek van Capitein voor den druk gereed gemaakt diens intreepreek te St. George d'Elmora, gehouden 21 Oct. 1742, gedrukt te Leiden in 1744, en diens Vertaaling uit de ‘Negersche spraak’ van het Onze Vader, de 12 geloofsartikelen en de 10 geboden (Leyd. 1744).
Zie: Ned. archief voor kerkgesch. XIII (1917), 146, aant. 2, 158 v., 168 v., 211 v., 230, vgl. 245, 247; XVI (1921), 90; XX (1927), 300; Kerkelijk Handboek (1907), Bijl., 101, 133; (1909), Bijl., 136.
Knipscheer