[Wichen, Willem van]
WICHEN (Willem van), geb. te Nijmegen 21 Aug. 1710, overl. te's Gravenhage 1 Aug. 1798. Hij was gesproten uit een deftig, oprecht katholiek geslacht, dat zich beroemde met den H. Petrus Canisius verwant te zijn. 10 Oct. 1728 trad ook hij in de Sociëteit van Jesus. Na te Mechelen en te Maastricht de klassieke talen onderwezen te hebben kwam hij in 1746 naar 's Gravenhage als zielzorger aan de fransche legatie. Het bedehuis in de Casuariestraat werd door de Hagenaars zoo druk bezocht, dat het in 1763 door een ruimer gebouw moest vervangen worden. Intusschen stak de storm op die de Sociëteit weldra over de geheele wereld zou vernietigen. De maatregel die de Orde uit het fransche gebied verbande, werd ook toepasselijk verklaard op de huizen der gezanten in het buitenland. Hij moest in 1768 zijn werkkring vaarwel zeggen en vestigde zich bij zijn medebroeders aan de Lage markt te Nijmegen. Hoe hoog de gezant zijn kapelaan schatte, toonde hij door hem de keuze van zijn opvolger te laten en hem eenige waardevolle kerksieraden ten geschenke aan te bieden. P.v. Wichen wees als zijn plaatsvervangers de paters Franciscanen aan, die sedert dien de kapel der legatie, later de parochiekerk der H.H. Antonius en Lodewijk, bedienen. Aan de nijmeegsche statie schonk hij onder dank een sierlijken monstrans, die later door P. Fonteijne aan Mgr. van Velde de Melroy, Roermonds vroegeren bisschop, werd aangeboden en thans nog in de kerk te Grave berust. Nu de laatste Jezuïet den Haag had verlaten, verkocht P. van Wichen het sinds 1708 gesloten kerkgebouw in de Nobelstraat aan de stad; het werd toen ingericht tot ontleedkamer. De gezant bezorgde aan v.W. een lastgevi g van den Prins aan de nijmeegsche stadsregeering, die verbood v.W. ooit om wille der