[Tomson, Joannes]
TOMSON (Joannes), geb. te Maastricht, overl. te Mechelen 21 of 22 Aug. 1759, minderbroederrecollect, was gedurende meer dan 25 jaar lector der theologie, eerst te Mechelen, reeds 21 Nov. 1718 en nog Oct. 1719, toen hij de verdediging van theses voorzat. Daarna was hij leeraar der theologie in het klooster te Leuven 1720, zeker nog in 1726 en later. Uit dien tijd is nog bekend: Theses theologicae de actibus humanis, conscientiae et peccatis, quas preside F. Joanne Tomson Ordinis F.F. Min. Recoll. S. theologiae lectore, defendent F. Franciscus vanden Venne, F. Joannes Hooyman ejusdem ordinis. Lovanii in Conventu SS. Trinitatis F.F. Min. Recoll. die 3 Septembris Anno 1722 hora 9. ante et 3. post merid. (Lov. 8 blz. in 4o).
1733 bestreed hij in zijn lessen het synodale besluit van het aartsbisdom van Mechelen, waardoor ieder biechtvader verplicht was met den paaschtijd den naam van zijn biechteling te vragen en hem een bewijs te geven van de volbrachte paaschbiecht. De bekende professor der theologie in het seminarie van Mechelen, Petrus Dens, verdedigde het voorschrift en bestreed de zienswijze en de bewijzen van P. Tomson, zonder zijn naam te noemen, in de eerste uitgave van zijn theologie, en in: Schemata practica ad usum confessariorum concinnata per P.D. (Mech. 1742). Hierop liet P. Tomson 1644 te Leuven drukken: Dissertatio circa questionem an confessarii teneantur sibi circa festivitatem Paschae confitentium inquirere et notare nomina. Op verzoek van den aartsbisschop deed de provinciaal der Recollecten alle exemplaren inhouden, om aan een hoogloopend twistgeschrijf een einde te maken.
Na den dood van den aartsbisschop-kardinaal deed P. Tomson 1759 zijn dissertatio verschijnen, opnieuw gedrukt met een antwoord en scherpen uitval aan het adres van professor Dens, die den pater weder van antwoord diende. Het vicariaat, het bestuur van het openstaande bisdom Mechelen, legde door brief van 25 April 1759 aan beide theologen het zwijgen op. De rector der universiteit van Leuven, L.J. Streithagen, liet, volgens brieven van den gouverneur van België, prins Karel Alexander, van 2 Mei 1759, het verbod uitgaan, op 8 Mei daaropvolgend, van Tomson's: Dissertatio circa quaestionem incidentalem an confessarii teneantur sibi circa festivitatem Paschae confitentium inquirere et annotare nomina juxta exemplar Lovanii anno 1744 typis mandatum. Accedit modo apologia adversus censuram R.A. ac Eruditiss. Domini Petri Dens S.T.L. Eccl. Metrop. S Rumoldi Mechliniae Can. grad., archipresbyteri, Seminarii Archi-Episcopalis Praesidis etc. Authore F. Joanne Tomson Ordinis F.F.M.M. Recoll. S. Theologiae Lectore Jubilato (Antv. Lovanii et Amstelodami 1759, 59 blz.). De president Dens deed kort daarop verschijnen: Responsio.... ad dissertationem et apologiam Rev. adm. P. Joannis Tomson Ord. fr. Min.-Recoll. (Mechl. 1759). De dood van Tomson maakte een einde aan den strijd.
Pater Tomson was ook gardiaan geweest en 50 jaar kloosterling. zooals het opschrift op zijn grafsteen in of bij het kapittel in het klooster te Mechelen aanduidde (Zie: Provincie stad ende District van Mechelen (Bruss. 1770) II, 31).