and, in 1828 naar Woltersum, waar hij 1 Juli 1852 emeritaat verkreeg. In 1805 zag hij zijn prijsverhandeling Over de opstanding der dooden door het Haagsch Genootschap bekroond. De navolgende werken verschenen van zijn hand: De Geschiedenis van David, voor kinderen (Zwolle 1804); Zelfkennis de bron van tijdlijk en eeuwig geluk. Met den gouden eerepenning bekroond en uitgegeven door de Bat. M.t.v.h.A. (Amst. 1805); De Geschiedenis van Salomo (Amst. 1806); Nieuwe leerrijke verhalen, vooral bestemd voor de jeugd (Amst. 1806); Het Leven van Benjamin Franklin, een Leerboek voor kinderen (Gron. 1807); De Geschiedenis van Mozes, voor kinderen (Amst. 1808); De Brief van Paulus aan de Philippensen bewerkt (Amst. 1808); Bijbelspreuken opgehelderd door voorbeelden (Gron. 1808); Godsd. Huisboek (Gron. 1809); Spreuken van oude wijzen (Gron. 1810); Kleine Schriften, meestal strekkende tot uitlegging van de H. Schrift (Gron. 1811); De vier Jaargetijden (Gron. 1810); De edele familie van het Rozendal (Gron. 1812); Geschiedenis van Oost-Vriesland (Gron. 1812); Homiliën over verschillende onderwerpen (Gron. 1813); De eerste verkondiging
van het Evangelie aan de heidenen of Verhandeling over Handel. X (Gron. 1813); Godsdienstige overdenkingen, voor alle dagen des Jaars, 2 dln. (Gron. 1815); Hollandsche Spreekwoorden (Gron. 1815); Zedekundige Mengelingen (Gron. 1816); Paulus te Philippi of Bijbeloefeningen over Hand. XVI (Gron. 1819); Bijbelsche geschiedenis en karakters (Gron. 1828); Handeling tot het schrijven van allerlei brieven. Uit het Hoogd. (Winsch. 1820). Hij beoefende ook de poëzie, blijkens zijn vrije navolging van Davids Treurzang bij den dood van Saul en Jonathan in zijn Kleine Schriften. 1e bundel.
Zijn zoon Jodocus Henricus (2) gaat hiervoor, terwijl Wibrandus Gerardus (3), Gerardus Benthem (2) en Rutger Adolf Benthem volgen.
Zie: T.A. Romein, De Herv. Predikanten van Friesland (Leeuw. 1886), 256, 359; B. Glasius, Godgel. Nederland III, 150, 151; Boekzaal (Dec. 1852), 816; Chr. Sepp, Proeve eener Pragm. Geschiedenis der Theologie, 283.
Wumkes