[Oly, Jacobus]
OLY (Jacobus), Oli, Olaeus, pastoor, geb. te Amsterdam 8 Oct. 1593, overleed ald. 15 Jan. 1647, zoon van Jan Jansz. en Anna Jacobs Nobel. Zijn twee broeders en vier zusters zijn met name bekend. Wijntgen Oly was gedurende 25 jaar geestelijke moeder der Maagden in den Hoek te Haarlem. De familie Oly was een der rijke families der stad. Jacobus studeerde te Leuven en behaalde den graad van licentiaat in de theologie. Van Amsterdam uit verzorgde hij 12 jaren de Katholieken van Monnikendam en omstreken. Ten gevolge van oneenigheid onder hen ontstonden er vele moeilijkheden en trok hij zich terug (Bijdr. bisd. Haarlem VIII, 157-159). Hij was daarna werkzaam te Amsterdam in de statie de Lelie. 1622 woonde hij (zoo verklaarde zijn zwager, Trojanus de Magistris, ter secretarie van Amsterdam) bij zijn moeder, een weduwe, in het huis St. Andries op de Coningsgraft. Hij stichtte, als executeur-testamentair van zijn neef Ivo Gerritz., het hofje St. Andries, door zijn vader reeds begonnen, 1617. Hij schonk ook altaargerij aan het begijnhof, waar zijn bloedverwante Anna de Magistris meesteresse werd.
Met zijn zwager nam hij aandeel in de bedijkingen in Holstein. In De Katholiek LXI (1872), 68, vindt men een latijnsch en nederlandsch vers, misschien van Vondel, als epitaphium van J. Olaeus.
Zijn portret is gegraveerd door Matham. Een geschilderd portret, waarschijnlijk naar deze prent, bevond zich in de pastorij der Sint Catharinakerk te Amsterdam.
Zie: Bijdragen bisdom Haarlem XVII, 82, 161, 236; XVIII, 52, 91, 244; XXX, 161-163; XXXI, 30, 31, 121, 122; Archief aartsb. van Utrecht XI, 137; XII, 417, 418; XX, 369, 371; De Katholiek I (1866), 124, 129.
Fruytier