en door een onbekend schilder, het laatste bewaard in de Remonstrantsche kerk te Rotterdam.
Zie: B. Glasius, Godgeleerd Nederland II ('s Hert. 1853), 589-591; J. Tideman, De Remonstr. broederschap. Biogr. naamlijst (Amst. 1905), 48 v., 56, 290, 293, 296, 454 (vgl. 57, 80, 85, 183, 200, 209, 228, 456); B. Tideman Jz., De Remonstrantsche broederschap verdedigd door de Haarlemsche gemeente en haren predikant C. Nozeman in 1754 in Archief voor Nederl. kerkgeschiedenis VI (1897), 302-313; Kobus en de Rivecourt, Biographisch handwoordenboek II (Zutph. 1870), 432; J.P. de Bie, Het leven en de werken van Petrus Hofstede (Rott. 1899), 79, 177-237, 265, 276, Bijl., blz. 4 v., 18-24; H.G. Rogge, Bibliotheek der remonstr. geschriften (Amst. 1863), 209 v.; dez., Bibl. der contra-remonstr. geschr. (Amst. 1866), 72 v.; R. Arrenberg, Naamregister v. nederd. boeken tot 1787, 381; J.I. van Doorninck, Bibliotheek v. Nederl. anonymen en pseudonymen ('s Gravenh., Utr. z.j. [1870]), kol. 269 (no. 2616), kol. 584 (no. 5633); dez., Vermomde en naamlooze schrijvers I (Leid. 1883), kol. 103; II (Leid. 1885), kol. 678; L. Knappert, Gesch. der Ned. Herv. Kerk.... II (Amst. 1912), 82 v., 152, 162; dez., Bibliografische inleiding tot de theologie (Leid. 1925), 113 v.; J. Reitsma, Gesch. v.d. Hervorming en de Herv. Kerk der Ned., 4e dr. (Utr. 1933), 430 v.; Bibliotheca theologica et philos. (Lugd. Bat., Burgersdijk en Niermans, 1900),
448; C. Sepp, Bibliotheek van Nederl. kerkgeschiedschrijvers (Leid. 1886), 341 v.; A.H. Garrer, Corn. Nozeman en zijn Haarlemsche vrienden in Uit de Remonstrantsche Broederschap XX (1909), 33; Catalogus van handschriften op de bibliotheek der Rem. geref. gemeente te Rotterdam (Amst. 1869), 44 (no. 464), 64 (no. 681), 123 (no. 1564).
Knipscheer