Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 10
(1937)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 42]
| |
en Caecilia de Vries, overleed te Haarlem 1 Juni 1595. Als jongmensch ging hij met zijn broeder Jan naar Spanje, alwaar hij als hofmeester bij den marquis d'Altorgos zijn verdere opvoeding genoot. Naar het vaderland teruggekeerd, vestigde hij zich te Haarlem, waar hij met Dirk Volkertszoon Coornhert zeer bevriend geraakte, en die op hem een gedicht vervaardigde. Hij huwde aldaar 5 April 1542 met Catharina van Outschooten en woonde meer dan 50 jaren bij de Craen op het Spaarne (bij de Damstraat). Hij was schepen (1555), weesmeester (1557) en gecomm. raad (1572) te Haarlem. Uit het Spaansch vertaalde hij: 't Guldenboek van 't leven ende Seyndbrieven van Marcus Aurelius, dat in 1565 bij Tavenier te Antwerpen uitkwam en dat nog zevenmaal herdrukt werd. Vervolgens gaf hij te Delft bij Aelbert Hendriks in 1583 een vertaling uit het Spaansch uit van de Vrundtliche Gemeene Sendtbrieven van Don Anthonio de Guevara, dat eveneens eenige keeren werd herdrukt. Hij bleef het R.-Katholieke geloof aanhangen en gaf daarvan uiting door onderteekening in 1581 van het bekende adres, door Coornhert opgesteld, van een aantal vooraanstaande Haarlemmers. Zijn zoons Paulus en Pieter volgen. Cornelis Cornelisz. heeft zijn portret geschilderd. Zie: G. Kalff, Geschiedenis d. Ned. Lett. III, 314; Ampsing, 105, 288, 514. van Beresteyn |
|