provinciaal bestuur plaats, waardoor zij ook wettelijk aftraden. Ook traden zij af uit hun stedelijke en provinciale ambten.
In het begin van 1802, toen de vrede met Engeland geteekend was, de handel weder opleefde en men hier nog meende, dat Bonaparte een vredelievend man was, was Schorer van oordeel, dat de zaak der Oranjes voorgoed verloren was en nam hij de benoeming tot raad der stad Middelburg aan. In 1803 werd hij tot president van dien raad gekozen. Koning Lodewijk benoemde hem 1 Jan. 1807 tot staatsraad in buitengewonen dienst en bij de organisatie der steden 1e klasse 20 Jan. 1808 tot burgemeester van Middelburg.
Toen het eiland Walcheren 19 Aug. 1809 door de Engelschen veroverd werd, gaf hij den bevelvoerenden generaal de sleutels van Middelburg over; des avonds werd allerwege geïllumineerd. Reeds op 25 Dec. verlieten zij het eiland als gevolg van de zeeuwsche koortsen, waaraan velen hunner stierven, en 26 d.a.v. trokken de nederlandsche troepen er binnen, maar den volgenden dag kwamen fransche troepen het eiland bezetten en sedert werd Walcheren gerekend fransch te zijn: de nederlandsche troepen moesten aftrekken.
Op 1 Febr. 1810 werd het eiland tot een arrondissement met als sous-préfet den Vlaming G. Dubosch verklaard; het werd deel van het departement Escaut (hoofdstad Gent). Ingevolge het verdrag, dat de toen te Parijs ongeveer gevangen Lodewijk gedwongen werd, op 16 Mrt. 1810 te teekenen, kwam o.a. geheel Zeeland aan Frankrijk.
In Mei 1810 bezocht Napoleon zijn nieuwe bezitting. De ambtenaren hadden in last gekregen, te zorgen, dat hij overal met den grootsten luister ontvangen zou worden. Op 6 Mei schreef Dubosch aan Schorer: ‘Je suis indigné du peu d'empressement qu'on a mis aux préparatifs que j'avais cru devoir prescrire avant mon départ pour les pays cédés par la Hollande .... Point d'arcs de triomphe, point de pavillons sur les tours, point de dispositions pour une illumination générale. Un palais meublé de fripeurs’ (vodden) ‘voila ce que je trouve au lieu de tout ce que j'espérais des moyens que vous avez.’ Men ziet hieruit wel, hoe de algemeene geest ten opzichte van den dwingeland was, al waren er ook velen, die hem in hun eigen belang toejuichten.
Toen de Keizer Middelburg binnenkwam en door Schorer aan het hoofd van den raad werd opgewacht, behandelde deze hem op de meest onhebbelijke wijze, hij verweet hem in het bijzonder het in Aug. te voren inhalen der Engelschen, maar de houding en de antwoorden van Schorer, die zich van geen kwaad bewust was, maakte op den Keizer een zoo gunstigen indruk, dat hij hem tot maire van Middelburg benoemde en Schorer zelfs van hem gedaan kreeg, dat het decreet van 26 Apr., waarbij Zeeland tot deel van het departement Deux Néthes (hoofdstad Antwerpen) verklaard was, ingetrokken werd en 25 Mei een decreet genomen werd, waarbij Zeeland een afzonderlijk departement Bouches de l'Escaut werd.
Op 22 Oct. 1810 verkreeg Schorer op zijn verzoek ontslag als maire, zoogenaamd om gezondheidsredenen maar in werkelijkheid omdat hij zich niet kon vereenigen met de vexatoire maatregelen van den Keizer.
Na onze bevrijding werd hij bij Souverein besluit van Jan. 1814 benoemd tot een der twee commissarissen-generaal in Zeeland en bij dat van 16 Mei d.a.v. tot gouverneur dier provincie. Intusschen was nu zijn gezondheid sterk aan het achteruitgaan, zoodat hem 16 Juli 1817 een langdurig verlof moest worden toegestaan. Op 19 Febr.