[Nijvenheim, Wolter Godfried van Neukirchen genaamd]
NIJVENHEIM (Wolter Godfried van Neukirchen genaamd), heer van Driesberg, Kessel, Mook en den Musschenberg, geb. op het kasteel den Musschenberg (gem. Valburg) 13 April 1660, overl. op het kasteel Driesberg 8 Mei 1726; begraven te Gennep, zoon van Johan Gijsbert (die voorgaat) on van Beatrix van Brienen. Hij was director der kleefsche ridderschap, generaal-majoor en kolonel van een regiment cavalerie in Statendienst. Hij werd zwaar gewond in den slag bij Ramillies in 1706. Na den dood zijner moeder was hij 28 Oct. 1713 met den Musschenberg beleend. Hij huwde 15 April 1703 met Albertina Tengnagell, geb. 14 Nov. 1678, overl. 7 Nov. 1745, dochter van Gijsbert T. heer van Gellicum, en van Geertruid Albertina van Steenhuys, uit welk huwelijk elf kinderen, o.a. Jan Gijsbert Ludolf Adriaan (die voorgaat).
Zie: W.J. d'Ablaing van Giessenburg, De Ridderschap van Nijmegen, 395; H.M. Werner, Geldersche kasteelen (Arnh. 1908) II, 150; A.P. van Schilfgaarde, Register op de leenen van het Huis Bergh (Arnhem 1929), 293; Mededeelingen van W.J.J.C. Bijleveld te Leiden d.d. 23 Sept. 1930.
Verzijl