van 16 Sept. 1815 den titel van graaf, overgaande op zijn nakomelingen bij recht van eerstgeboorte, terwijl de overige nazaten bij K.B. van 3 Mei 1821 den titel van baron verkregen. Van Heerdt, opperstalmeester en later opperhofmaarschalk van koning Willem I was lid der Eerste en der Tweede Kamer. Hij had een bijzondere voorliefde voor het tooneel en werd dan ook in 1833 gekozen in de commissie van beoordeeling over de geschiktheid der artisten, die in den haagschen schouwburg zouden spelen (Die Haghe 1904, 409).
T.C. graaf van Heerdt huwde eerst te Scheveningen 10 Maart 1782 met Johanna Jacoba Herbertina Mauritia van der Does (1763-1815), dochter van Wigbold Jan Theodoor, heer van Noordwijk (dl. VI, kol. 442) en van Wilhelmina Margaretha van Wassenaer - Duiven voorde. Dit huwelijk werd 12 Juli 1795 door echtscheiding ontbonden en hij hertrouwde te 's Gravenhage 20 Nov. 1820 met Esther Renouf, geb. te Jersey 15 Febr. 1771, overl. te 's Gravenhage 9 Apr. 1848, dochter van Jean en van Marie Migeaux.
Uit het eerste huwelijk volgt Willem Hendrik, uit het tweede huwelijk gaat Charles Eduard hiervóór.
Zie: Nederl. Adelsboek (1929), 221-223; Jaarboek Ned. Adel I (1888), 147, 148; v. Rhede v.d. Kloot en Bär, Geneal. Kwartierstaten.
Regt