Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9
(1933)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 10]
| |
van den Berg, die in strijd was geraakt met zijn boxmeersche onderdanen, over het al of niet bezitten der souvereiniteit over Boxmeer, St. Anthonis en half Sambeek, en die alle ambten te Boxmeer door personen liet bezetten, die zijn zaak aanhingen, als drost der heerlijkheid Boxmeer aangesteld en tevens tot diens raad. Bij het uitbreken van het groote oproer te Boxmeer, dat in 1654 begon, vertegenwoordigde hij den graaf en gebruikte tot demping van den opstand gewelddadige middelen. Hij was gehuwd met Christina Elisabeth Maroyen (geb. te Roermond 8 Aug. 1622). Uit dit huwelijk 11 kinderen, o.a. Arnoldus, vgl. eigen artikel; Joannes Cornelius, die volgt; Martina Clara Elisabeth (geb. te Roermond 11 Oct. 1648, overl. aldaar 2 Aug. 1738) huwde te Roermond 17 Sept. 1681 Gerardus Petit (geb. op het kasteel Ayendonck; overl. te Roermond 11 Maart 1718), J.U.L. advocaat van het souvereine hof van Gelder te Roermond, raad van hetzelfde sedert 1702, lid der H. Sacramentsbroederschap sedert 9 Juni 1709; Albertus Franciscus Josephus (geb. te Boxmeer 25 Mei 1652), was licentiaat in de beide rechten en griffier van het souvereine hof van Gelder te Roermond in 1676, in 1681 luitenant in het regiment van baron de Autel, huwde met Francisca Margaretha Holtbecker; Oswaldus Franciscus (geb. te Boxmeer 23 April 1661), kanunnik te Brugge, vermeld 1722; Josephus (geb. te Boxmeer 7 April 1663), koninklijk ontvanger-generaal in het district Gelder en landscholtis van het ambt Montfort, huwde te Roermond 9 Nov. 1697 met Theresia van Aefferden (vgl. artikel Matthias v.A. kol. 11). Zie: A.F. van Beurden, Chroniek van Boxmeer (Roermond 1890), 26-28; Genealogiën achter deze chroniek, 66-67; dez., Aanteekeningen over Boxmeersche geslachten in Limburg's Jaarboek III, 3-4 (1897), 297; Doopregister van Roermond 1645-1650, van Boxmeer 1652-1663; A. Pety de Thozée, La Famille van Aefferden. Notice Historique et Biographique (Liège 1904), 8. Verzijl |
|