Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8

[Morra]

MORRA, waarsch. geboren in Friesland.

Hij komt op de vloot der Watergeuzen steeds voor als ‘hopman’, wat doet vermoeden dat hij vroeger in het leger te land heeft gediend.

Hij had een commissie van den Prins van Oranje met opgedrukt zegel. In najaar 1570 was hij kapitein bij de vrijbuiters en nam twee schepen met zout geladen. Op 29 Nov. 1570, door tegenwind en ijs, wordt zijn schip in de haven van Norden gedrongen. Hij ontkomt 's nachts met zijn bemanning over het ijs, maar den volgenden dag, 30 Nov. 1570, nemen de Oosfriezen schip

[p. 1178]

en lading in beslag en geven de goederen aan de eigenaars terug. Op 16 Dec. 1570 werd zijn verlaten schip nog eens door eenige soldaten uit Oostfriesland bezet, en pas 12 Maart 1571 werd op bevel van graaf Edzard het schip vrij gegeven.

In Maart 1571 wordt zijn naam genoemd bij de voornaamste kapiteins op de vloot der Watergeuzen. In zomer 1571 zeilt hij naar de kust van Frankrijk, neemt daar een vlissinger boot met haring en verkoopt de buit in Dover. Begin 1572 stelde Jan Charles, procureur-generaal bij den Hove van Friesland, in Harlingen en Dokkum een onderzoek in naar eenige kapiteins der Watergeuzen, waarbij o.a. ‘Moer’.

Zie over hem: Franz, Ostfriesland und die Niederlande, 178; Hagedorn, Ostfrieslands Handel und Schiffahrt, 291; van Vloten, Nederl. Volksopstand (1858), I, 325; Archief van Emden, Defensionales, 89, idem brief van 15 Mei 1598, E.R.I. No. 342; Rijksarchief te Leeuwarden, Rekg. van Boudewijn van Loo, 1 Oct. 1571-30 Sept. 1572, fol. 59 vo., en Rijksarchief te Brussel, Secr. d'Etat Allemande, dl. 193, fol. 139 vo., 189, 378.

Vogels